Koffie met een cakeje

Natuurlijk betaal je te veel als je in een koffiezaakje in hartje Utrecht koffie drinkt en een yoghurtcakeje met rode vruchten eet, maar misschien betaal ik ook wel voor de sfeer hier, de geur van koffie en kaneel, de warmte binnen door de opkomende zon die door de grote vensterglazen naar binnen schijnt. Het is een perfecte plek om mensen te kijken. Zelfs op een vroege ochtend is er genoeg bedrijvigheid om mijn ogen de kost te gunnen. En dan te bedenken dat de enige reden dat ik ging zitten was omdat het boekwinkeltje waar ik heen wilde nog niet open was.
Het is niet alleen smullen van alle mensen die buiten langs komen lopen en fietsen, maar altijd als ik hier zit, zit er wel een man binnen die mijn interesse prikkelt. Dat doet de eigenaar al, een korte, kale, leuke homoman wie ik er van verdenk een relatie te hebben met de man in de herenkledingzaak waar ik vanuit hier prima zicht op heb. Het is nu nog winter, maar in de zomer staat de deur van die kledingzaak open en zit in de deuropening een oude, tevreden goldenretrieverteef. Haar gouden lokken wuiven dan lichtjes in de wind. Ze kwispelt naar alle mensen die voorbijkomen, kijkt dan op met een blik die bij iedereen met een hart een aai-instinct oproept en wordt verliefd op iedereen die haar aandacht geeft. Zo ben ik ook, maar ik blijf langer denken aan iedereen die gestopt is me te aaien.

Het koffiehuis zelf is goed gevuld. Links van me zitten vier Engelstalige uitwisselingsstudentes te discussiëren over het een of het ander. Door het geroezemoes van de andere mensen binnen en de stoommachine die het perfecte melkschuim maakt kan ik niet goed verstaan waar ze het over hebben, maar echt moeite doe ik er ook niet voor. Afluisteren mocht ik vroeger al niet.
Naast hen zitten een man en een vrouw tegenover elkaar te lunchen. Ze lachen en praten in het korte uur dat ze lunchpauze hebben over van alles behalve werk, voordat ze weer terug moeten naar het kantoor. Hij leunt eigenlijk net iets te ver richting haar, en zij speelt met een trouwring. Iets zegt me dat zij ook voeding zouden kunnen zijn voor een verhaal, maar niet één die ik van plan ben om te vertellen.
Rechts in de hoek zit de mooiste man van de dag alleen aan een tafeltje met zijn laptop en een dubbele espresso. Omdat ik - voor mijn eigen bestwil - veel te romantisch ingesteld ben durf ik te zeggen dat hij het beeld van de perfecte man bijna aanraakt, hoewel ik hem slechts schuin van achter zie. Zijn ogen zijn verborgen, maar doen dat onder zijn stevig aangezette wenkbrauwen. Het kortgewiekte haar steekt eigenwijs alle kanten op en zijn blik is gefocust op het scherm van zijn laptop, waarop hij ongetwijfeld iets heel erg fascinerends aan het doen is. In zijn oren zitten twee oordopjes en zijn hoofd beweegt traag maar ritmisch mee op klanken die ik niet kan horen.
Zoals gewoonlijk beeld ik me van alles over hem in en bereid mezelf voor om leuk te lijken als hij me straks aanspreekt. Hij zou vragen wat ik aan het doen was, en ik zou antwoorden dat ik een poging aan het wagen was om alles wat mijn vijf zintuigen waarnemen om te zetten in de 26 letters van het alfabet, terwijl ik een beetje met mijn pen speel. Hij zou lachen en ik glimlach naar mezelf en eet de laatste kruimels van het yoghurtcakeje met rode vruchten van mijn vingers, mijmerend over zaken die niet zullen gebeuren, maar me toch gelukkig maken.
Het dienblad met de lege cappuccinomok en het gebaksbordje wordt door de serveerster voor me weggenomen. Ik denk dat het een teken is dat ik hier te lang zit zonder iets nieuws te bestellen en ze het tafeltje weer vrij wil hebben voor een nieuwe klant. Het is ook al een goed anderhalf uur later dan dat ik hier binnen kwam en de winkel die ik aanvankelijk wilde bezoeken is ondertussen ook al geruime tijd geopend. Tijd om te gaan dus. In stilte zeg ik gedag tegen de jongen rechts in de hoek, vouw het kladblok waarop ik schreef dicht en trek mijn jas aan. De nasmaak van de koffie met het cakeje en de sfeer gaat nog door mijn mond, terwijl ik het personeel gedag zeg. De eigenaar glimlacht naar me en zegt: "Kom nog eens terug!" Ja, dat zal ik zeker nog wel eens doen, mocht ik er weer geld voor over hebben om een paar uur mezelf te verliezen in de beelden van de straat en die in mijn hoofd onder het genot van een grote mok koffie.