Nieuwe cao voor openbaar vervoer
De vakbonden hebben een voorlopig akkoord bereikt over een nieuwe vierjarige cao voor werknemers in het openbaar vervoer. Onderdeel daarvan is een loonsverhoging van vier procent. Dat maakten CNV Vakmensen en FNV Bondgenoten donderdag bekend. Het akkoord moet nog worden voorgelegd aan de leden.
"CNV Vakmensen legt dit onderhandelingsresultaat met een positief advies voor aan zijn leden", zegt onderhandelaar Wyb Kusters namens de vakbond. "Wij hebben een reële loonsverhoging kunnen afdwingen en voldoende garantie op werkgelegenheid."
Over het akkoord is tien maanden onderhandeld, de cao had eigenlijk op 1 januari moeten ingaan. De bonden hebben halverwege augustus nog gedreigd met stakingen in het streekbusvervoer, als de werkgevers niet in zouden gaan op de eisen van de werknemers.
De bonden zijn nu met de openbaarvervoerbedrijven overeengekomen dat werknemers in het ov vier procent meer loon krijgen. Mensen met een vast contract krijgen een baangarantie.
Daarnaast hebben de partijen vastgelegd dat de cao voortaan geldt voor alle werkzaamheden binnen het openbaar vervoer, ook voor werknemers die via onderaannemingen werken. "In de cao worden daarvoor dwingende teksten opgenomen die geen ruimte laten voor eigen uitleg en werkzaamheden onder andere cao's," schrijft CNV Vakmensen.
Reizigersorganisatie Maatschappij Voor Beter OV laat in een reactie weten, blij te zijn met het bereikte voorlopige akkoord. "De dreigende stakingsacties in het streekvervoer zijn hiermee van de baan."
