Tel

Lotgenoten (0055)

-

Lotgenoten,

Een.

Oei, hij is er weer. En ja hoor, hij doet het. Het gaat me door merg en been. Je zou zeggen: ik sta ik weet niet hoe ver bij hem vandaan en bovendien staan we buiten, dus ik zou er geen last van moeten hebben. Niets is minder waar. Ook al wend ik mijn hoofd af en probeer ik me te concentreren op ander geluid. Dit doet me gruwelen. Ik tel.
Twee.

Ik laat hem voor. De deuren gaan open en hij stapt in. Ik bewaar afstand. Ruim nadat hij heeft ingecheckt doe ik een stap naar voren en houd mijn kaart voor het apparaat. Na het piepje loop ik door naar achteren. Er is plek om te zitten zat, maar hij blijft staan. Op de plaats waar ruimte is voor een rolstoel leunt hij met zijn rug tegen het raam. Ik passeer hem en ga bijna helemaal achter in de bus zitten.
Drie.

De jongeman haalt om de acht seconden heel luid zijn neus op. Ik probeer er niet op te letten, maar hoe meer ik mijn best doe om het niet te horen, hoe harder het in mijn beleving door de bus galmt. Het maakt niet uit hoe ver of dichtbij ik bij hem in de buurt zit. In mijn hoofd hoor ik niets anders. Iedere acht seconden. Ik tel mee.
Vier.

Hij staat te kijken naar een jongedame die aan de andere kant van het gangpad zit. Ze heeft mooie kastanjebruine haren en draagt een kort spijkerjack, een rokje met daaronder een zwarte legging en laarsjes. Ze heeft door dat de jongeman haar staat te bekijken. Duidelijk ongemakkelijk wendt ze haar hoofd af. Als ze even later opstaat, ziet hij dat ze trekt met een been. Ze trilt met haar hoofd en er komt een grimas in haar gezicht. Ze is spastisch. Ik zie dat de blik in de ogen van de jongeman anders is geworden. Niet meer verlekkerd, maar afkeurend, bijna minachtend zelfs. De bus is gestopt, de jonge vrouw stapt wat onhandig uit en daar rijden we weer.
Vijf.

Ik weet niet wat hij wil vertellen met die rode boerenzakdoek die aan zijn riem hangt. Is het een daad van protest? Wil hij laten weten dat hij solidair is met de boeren en dat hij tegen het overheidsbeleid is? Zou hij thuis de vlag ondersteboven hebben uithangen? Ik vraag me af of iemand hem ooit heeft verteld dat wat ik ooit las of hoorde: dat een rode zakdoek uit je achterzak een signaal is dat je open staat voor seksueel contact met andere mannen?
Zes.

Waarom zegt niemand er wat van? In de bus zitten nog meer mannen die hetzelfde zijn gekleed: ze dragen een sweatshirt, een donkere werkbroek met veel opgenaaide zakken en grote veiligheidsschoenen. Ze werken duidelijk allemaal in het groen. Tijdens de rit zitten ze verspreid over verschillende banken in de bus. Geen woord wisselen ze. De meesten hebben oordopjes in en scrollen op hun telefoon door muzieknummers of filmpjes. Als de jongeman zijn neus weer eens ophaalt, kijkt er af en toe eentje geërgerd, maar buigt zich dan weer op de autotune of gameplay.
De jongeman pakt zijn vuist in de andere hand en knijpt erin. Ik hoor van verre de knokkels knakken. Ook zoiets. Ik sluit mijn ogen, haal diep adem en probeer me af te sluiten. Tevergeefs.
Zeven.

De bus is bijna bij de halte waar ik moet zijn. Ik druk op het knopje, sta op en loop vast naar de deur en het uitcheckapparaat. De jongeman is nu heel dichtbij. Als hij maar niet…
'Piep,' klinkt het. De bus stopt en de deuren zwaaien open.
Acht. 'NNNNGGGGGGFFFFFF!'
Ik stap uit en ik gruwel.
Van mijzelf en al mijn aannames.

Wat een avonturen weer.

-
Apeldoorn, oktober 2023