Voetbal gaat ten onder

Julius Caesar zei ooit: “Geef het volk brood en spelen,” met als achterliggende gedachte het volk rustig en tevreden te houden. Het werkte, zo goed zelfs dat het nu nog steeds wordt toegepast. Met brood zit het over het algemeen in Europa nog wel goed. De spelen daarentegen is een ander verhaal. Volksvermaak nummer één in Europa begint steeds rotter te worden. Voetbal begint steeds meer een geldproduct geworden, waarbij schulden onderdeel zijn van clubs, de transferbedragen hoger zijn dan sommige overheidsbudgetten en voetballers salarissen ontvangen waar anderen 30 levens voor moeten werken. Heeft een club echter financiële problemen, dan is er nog altijd de overheid om de gaten te dichten. The games must go on.

De Nederlandse overheid heeft in de afgelopen vijftien jaar ruim één miljard euro in noodlijdende profclubs gestoken. Dertien van de zesendertig profclubs in Nederland staan onder curatele van de KNVB. Zou dit vertaald worden naar het bedrijfsleven dan is het ondenkbaar, het maatschappelijke belang van clubs is echter zo groot dat overheidssteun noodzakelijk is. Het pijnlijke is dat de regering wel moet aangezien Nederlandse topclubs niet mee kunnen komen met clubs die een suikeroom hebben.

De UEFA erkent dit probleem en gaat dan ook de Financial Fair Play regels (FFP) impliceren, beginnend met dit seizoen. Het is alleen te laat, veel te laat. Roman Abramovich kocht in 2003 Chelsea, de miljardair investeerde in de loop der jaren honderden miljoenen in de club. Met het geld dat Chelsea tot haar beschikking had kon er altijd meer geboden worden dan een rivaliserende club, ook qua salaris. In september 2008 werd Manchester City gekocht door de Abu Dhabi United Group for Development and Investment (ADUG). De schuld van City, 344 miljoen euro, is na de volledige overname in 2009 helemaal afbetaald. De club uit Manchester heeft in twee jaar tijd voor een half miljard euro aan spelers gekocht.

Door dit soort overnames en de grootheidswaanzin van sommige presidenten, waaronder Florentino Pérez van Real Madrid, is de transferprijs astronomisch gestegen. Waar tien jaar geleden rond de 28 miljoen euro, inflatie meegerekend, werd neergeteld voor Ruud van Nistelrooy, wordt er nu al snel het dubbele betaald voor Fernando Torres.

Tegenwoordig lijkt het alsof elke nouveau riche een voetbalclub wil hebben, ongeacht of daardoor de voetbalclub in een diepe schuld wordt gestort. Een dergelijke overname gebeurde bij Manchester United in 2005 toen de familie Glazer voor 750 miljoen euro aan schuld op zich nam om de club te kunnen kopen. Iets minder dan de helft van het bedrag werd aan United gekoppeld. Dit leidde tot grote ontevredenheid bij de fans, die de club al jarenlang zonder schuld door het leven zagen gaan. 

Bijna elke competitie heeft nu haar clubs met rijke eigenaren waar meest recentelijk Paris Saint-Germain, Malága, Anzhi Makhachkala en in Nederland Vitesse zijn bijgekomen. Bijkomend feit is dat de nieuwe eigenaren graag meteen succes willen zien. Managers van andere grote clubs zullen zeggen dat dit tijd kost, en een investering in de jeugdopleiding.

Deze clubs kunnen spenderen bij het leven, kopen goede spelers op voor veel geld en lokken ze met royale salarissen naar de uiterste streken van Europa. De FFP-regels moeten hier verandering in brengen want vanaf dit seizoen wordt er gekeken naar de financiële gezondheid van een club. Zo mag een club maximaal 45 miljoen euro verlies maken, wat uiteindelijk zal dalen naar 30 miljoen euro. Aan de regels zitten alleen veel haken en ogen. Bepaalde bedragen worden niet meegerekend, bijvoorbeeld investeringen in infrastructuur. Voor een nieuw groter stadion kan een club zich dus flink in de schulden steken. De extra winst door meer kaartverkoop mag dan wel voor de FFP-regels gelden. Clubs die nu stevige schulden hebben, zoals Manchester United, Real Madrid en Barcelona mogen gewoon Champions League voetbal spelen zolang de rente kan worden betaald. De gezamenlijke schuldenlast van alle profclubs in Europa bedraagt rond de 5,6 miljard euro.

Onlangs leverde Javi Poves zijn contract in bij Real Sporting de Gijón. De 24-jarige verdediger was helemaal klaar met voetbal. “Het voetbal is verrot. Hoe meer je over voetbal te weten komt, hoe meer je je realiseert dat het alleen maar om geld draait.” Poves legt de vinger op de zere plek. Terwijl sommige landen bijna failliet gaan gaat er in voetbal steeds meer geld om. In de Serie A wordt er gestaakt omdat de voetballers niet tien procent extra solidariteitsbelasting willen betalen en in Spanje staakten ze omdat er niet werd uitbetaald. Er zijn zelfs clubs in Spanje die nog leningen hebben uitstaan op transferbedragen van spelers die al met pensioen zijn. 

Michel Platini, de president van de UEFA, gaf in een interview aan dat ook hij zich zorgen maakt over de huidige staat van het voetbal. “Ik ben bang voor de toekomst van het voetbal. Het gaat compleet de verkeerde kant op. Er zijn problemen met matchfixing, corruptie, geweld, racisme, hooligans en schulden.” De baas van de Europese voetbalbond  heeft goed opgelet de laatste tijd. In Turkije is momenteel een groot omkoopschandaal aan de gang met de kampioen Fenerbahçe in het middelpunt. In Griekenland wordt al anderhalf jaar jacht gemaakt op de onderwereld die verweven is met een aantal voetbalclubs. Het gokken op beïnvloede uitslagen is erg lucratief.

De UEFA ziet dit alles gebeuren en treedt hard op tegen omkoperij, het is alleen de vraag of er voldoende wordt opgetreden tegen de geldsmijterij. De FFP-regels gelden vanaf dit seizoen. Desondanks wordt Samuel Eto’o naar Rusland gehaald met een megasalaris van vermoedelijk rond de 20 miljoen euro per jaar. De grote en rijke clubs vinden altijd wel een manier om geld te sluizen en zo te voldoen aan de FFP-regels. 

De Europese voetbalbond  moet handelend optreden met duidelijke regels, zodat het ook voor het publiek begrijpelijker wordt. De nieuwe regels voor een financiële gezonde club zijn vaag met veel mitsen en maren, waardoor een groot grijs gebied wordt gecreëerd. Er zijn zeker alternatieven die overzichtelijker zijn voor iedereen, bijvoorbeeld dat er per seizoen voor 100 miljoen euro aan transfers mag worden gespendeerd en een speler maximaal 100.000 euro per week mag verdienen. 

De tijd zal het leren of de UEFA afdoende optreedt met de nieuwe regels. Vooralsnog kan een club alleen meekomen met goede financiële middelen.