Suriname verspilt Nederlandse ontwikkelingshulp

In Suriname is twee miljoen euro Nederlandse ontwikkelingshulp gebruikt om een politiebureau te bouwen dat wegens ernstige constructiefouten weer moet worden afgebroken, nog voor het ooit kon worden gebruikt. De Nederlandse ambassade in Paramaribo kreeg tijdens de bouwwerkzaamheden bovendien geen financiële rapportages over het project, terwijl dat wel had gemoeten. De regering van Suriname zegt een onderzoek te openen naar de schuldigen.

Vier jaar geleden werd de eerste steen gelegd van wat het nieuwe hoofdbureau van de Surinaamse politie moest worden. Bij die ceremonie was ook de toenmalige Nederlandse ambassadeur aanwezig. Het was de bedoeling dat een jaar later het gebouw al zou zijn opgeleverd.

Een prestigeproject, want voor het eerst in meer dan dertig jaar zou de Surinaamse politie weer beschikken over een hoofdbureau. Hun vorige hoofdkwartier werd in brand gestoken op 25 februari 1980, toen Desi Bouterse samen met een handvol militairen een staatsgreep pleegde.

Om het project te financieren putte de toenmalige regering van Suriname uit de zogeheten verdragsmiddelen, het anderhalf miljard euro dat de ex-kolonie bij zijn onafhankelijkheid in 1975 van Nederland kreeg toegezegd. Volgens Surinaamse media zou aan het ontwerp, de aanbesteding en de bouw van het nieuwe politiebureau tussen 2008 en 2011 'ruim twee miljoen euro Nederlandse ontwikkelingshulp' zijn besteed, al blijft het exacte bedrag onduidelijk.

Meer dan vier jaar later staat op het bouwterrein in het zuiden van Paramaribo echter nog steeds niets meer dan een betonnen ruwbouw. Deze week besliste de Surinaamse regering zelfs dat de constructie helemaal zal worden afgebroken. Een onafhankelijke expert heeft meerdere fouten vastgesteld. Het bouwwerk zou zelfs op instorten staan.

De huidige minister van Justitie, Edward Belfort, is woedend op zijn voorganger. Volgens hem is er niet alleen sprake van constructiefouten, maar is er met de aanbesteding mogelijk ook corruptie gemoeid, zo zegt hij tegen De Ware Tijd. "Eerst moet uit onderzoek blijken door wie de fouten zijn gemaakt, de architect, de aannemer of de uitvoerder. Daarna gaan we gerechtelijke stappen ondernemen."