Syrië: rebellen gebruiken chemische wapens

Syrische staatsmedia hebben de rebellen in het land er zaterdag van beschuldigd in Damascus chemische wapens te hebben ingezet tegen regeringstroepen. Door een succesvol offensief van het leger zagen de rebellen zich genoodzaakt het gifgas in te zetten, aldus de staatstelevisie. Eerder deze week beschuldigden de rebellen de regering van het gebruik van chemische wapens.

Op de staatstelevisie werden beelden getoond van plastic kruiken, gasmaskers, reageerbuisjes en explosieven die in schuilplaatsen van de rebellen zouden zijn gevonden. Er werden echter geen beelden getoond van de militairen tegen wie het gifgas zou zijn gebruikt, in de wijk Jobar.

De rebellen meldden eerder deze week dat het leger gifgas had ingezet bij een aanval op verschillende voorsteden van Damascus. Daarbij zouden zeker 130 mensen zijn omgekomen. In de loop van de week verschenen beelden van lijken met schuim rond hun mond en neus, tekenen van een mogelijke gifgasaanval. De regering ontkent in alle toonaarden gifgas te hebben gebruikt.

Het Syrische staatspersbureau meldde dat een aantal militairen die bij het offensief betrokken waren ademhalingsproblemen kregen of zelfs 'stikten' nadat 'gewapende terreurgroepen chemische wapens hadden gebruikt'. Wat er precies bedoeld werd met 'stikken' is onduidelijk, en het staatspersbureau maakte geen melding van dodelijke slachtoffers.

De Verenigde Staten, Groot-Brittannië, Frankrijk en Rusland hebben Syrië opgeroepen inspecteurs van de Verenigde Naties de berichten over de gifgasaanval te laten onderzoeken. De VN-chef voor ontwapening, Angela Kane, is momenteel in Syrië om te proberen een dergelijk onderzoek mogelijk te maken.