Belgen moeten kosten redding uit hooggebergte zelf betalen

Een groep van zeven wandelaars uit België loopt het risico een hoge rekening te krijgen van de Oostenrijkse politie nadat zij gered werden uit het hooggebergte in het grensgebied tussen Oostenrijk en Zwitserland.

De groep, bestaande uit vier volwassenen en drie kinderen, had de Schesaplana beklommen, de hoogste top van het Rätikon-gebergte op een hoogte van 2965 meter. Na een overnachting in een hut durfden de wandelaars de steile afdaling over sneeuw niet aan, waarop de eigenaar van de hut de reddingsdienst inschakelde.

Uiteindelijk werden de wandelaars met een helikopter van de berg gehaald en nu wil de politie dat de groep Belgen zelf de kosten voor deze reddingsoperatie betaalt. Volgens de politie waren de wandelaars niet goed voorbereid de tocht. Er wordt al lang gediscussieerd in de Alpenlanden of onvoorzichtige of slecht voorbereide wandelaars zelf moeten betalen voor hulp van de reddingsdiensten. Vanwege de steilheid staat de Schesaplana bekend als een mooie berg voor geoefende wandelaars, met sneeuwvelden die zelfs in de zomer blijven liggen vanwege de grote hoogte.