Bokser Nery is oppermachtig en veel te zwaar, wereldtitel verloren

Bokser Luis Nery heeft donderdag zijn wereldtitel in het bantamgewicht (-53,5kg) verloren. De 23-jarige Mexicaan won in Tokyo wel van Shinsuke Yamanaka, maar was veel te zwaar bij de weging en moest zijn titel inleveren.

Het verhaal Nery-Yamanaka begon vorig jaar al. De Japanner veroverde in 2011 de WBC-wereldtitel in het bantamgewicht en verdedigde deze op indrukwekkende wijze, vaak met knock-outs. Vorig jaar nam hij het in augustus op tegen Nery en die sloeg Yamanaka in de vierde ronde tegen het asfalt. De Japanner raakte zijn WBC-titel zo kwijt, maar zijn titel bij The Ring kreeg hij niet veel later terug: Nery leverde een positieve dopingtest af, maar werd min of meer vrijgesproken omdat het middel zilpaterol uit besmet rundvlees zou komen.

 In Tokyo stond de rematch op het programma, met als inzet Nery's WBC-titel en Yamanaka's The Ring-titel. Dat veranderde woensdag echter al op de weegschaal: Yamanaka zat keurig binnen de limiet, maar Nery woog maar liefst 55,8kg, veel te veel dus. In twee uur tijd kreeg hij er nog wel een kilo af, maar ook dat was niet voldoende. Het gevolg was dat Nery zijn titel al kwijt was en deze ook niet terug kon winnen, terwijl Yamanaka zich bij winst tot kampioen mocht kronen.

Dat zat er voor de veel lichtere Japanner geen moment in. Aan het einde van de eerste ronde ging de Japanner al neer, maar hij haalde ronde twee wel. Daarin werd hij zelfs twee keer tegen het canvas geslagen, maar de scheidsrechter liet het gevecht verder gaan. Nadat Yamanaka voor in totaal de vierde keer gestrekt ging was het klaar: Nery won na een dikke minuut in de tweede ronde, waardoor de wereldtitels bij de WBC en The Ring nu allebei vacant zijn.

Overigens verdedigde Yamanaka's landgenoot Ryosuke Iwasa in Tokyo voor het eerst zijn titel in het superbantamgewicht (-55,3kg). Na twaalf ronden tegen Ernesto Sauling uit de Filipijnen werd Iwasa unaniem aangewezen als winnaar.

Beelden van het gevecht, met daadwerkelijk boksen vanaf ongeveer twee minuten (Bron: YouTube)