Nederlandse marechaussees vast in Zuid-Sudan

Twee Nederlandse marechaussees kunnen de VN-basis in de Zuid-Sudanese stad Malakal niet verlaten. Dat meldt het ministerie van Defensie dinsdag. "Er is vrijwel geen water, eten of drinken", zegt een van de militairen die de basis nog net met een VN-vlucht wist te verlaten. Op de basis hebben zo'n twaalfduizend Zuid-Sudanezen een veilig heenkomen gezocht en de militair vreest voor ziektes en geweld.

"Toiletten werken niet meer, de was valt niet meer te doen en overal wordt gepoept", aldus de eerste luitenant die contact heeft met haar collega's. Ze vreest voor de uitbraak van ziekten. Daarbij worden vluchtelingen bij binnenkomst niet gefouilleerd en bestaat de angst voor wapensmokkel.

Defensie heeft geprobeerd de twee Nederlanders terug te halen, maar dat is nog niet gelukt. "Ik geef de moed niet op", zegt luitenant-kolonel Ben Valk. In totaal zitten veertien marechaussees in Zuid-Sudan. De twee zitten sinds medio november in Malakal. Ze waren er om politieagenten op te leiden, maar daarvoor is het nu te gevaarlijk.

De twee militairen kunnen niet weg omdat de stad ontoegankelijk is geworden door gevechten. Het vliegveld is dicht en rebellen dreigen alle vliegtuigen neer te halen. Ze vullen hun dagen met humanitaire taken.

Zuid-Sudan is door onrust getroffen sinds 15 december, toen gevechten tussen leden van de presidentiële garde bloedig geweld tussen verschillende etnische groepen in het land ontketenden. Kiir en Machar zijn dinsdag overeengekomen om in Ethiopië te spreken over vrede.