Ouders laten gezinscentra links liggen

Ouders maken weinig gebruik van de loketten van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). De in 2007 door minister voor Jeugd en Gezin André Rouvoet (ChristenUnie) bedachte adviespunten voor opvoedkundige vragen worden nauwelijks gebruikt of zijn inmiddels zelfs gesloten, schrijft NRC Handelsblad vrijdag na een rondgang.

In Amsterdam komen gemiddeld vijf tot tien ouders per week naar het gezinscentrum. Rotterdam telt er gemiddeld zes en in Den Haag zijn het er een 'handjevol'. Eindhoven en Breda hebben hun gezinscentra gesloten.

Voor de oprichting van het CJG en voor het ontwikkelen van regionaal jeugd- en gezinsbeleid is tot nu toe 1,2 miljard euro uitgegeven.

De Algemene Rekenkamer constateerde in juni al dat de centra met imagoproblemen kampen. Er zou een te hoge drempel zijn voor ouders om met problemen bij een afdeling van het CJG binnen te stappen. De centra zouden te veel met het Bureau Jeugdzorg, dat hulp biedt bij grotere problemen, worden geassocieerd. Jeugdzorg heeft de naam vooral kinderen snel bij de ouders weg te willen halen en gezinnen uit elkaar te rukken waar dat niet noodzakelijk is.