Spreekrecht ouders zedenzaak opnieuw betwist

De advocaten van de hoofdverdachte in de Amsterdamse zedenzaak verzetten zich tegen het spreekrecht van de ouders van de slachtoffers tijdens het proces. De raadslieden stellen dat de rechtbank de regels te ruim heeft uitgelegd. De advocaten Tjalling van der Goot en Wim Anker wijzen op een uitspraak die de Hoge Raad dinsdag deed.

Het hoogste rechtsorgaan geeft daarin aan dat de wettelijke regeling omtrent het spreekrecht strikt moet worden toegepast, omdat dat onduidelijkheid en onzekerheid voorkomt. Een rechter mag de kring van spreekgerechtigden niet zomaar uitbreiden, stelt de Hoge Raad volgens de interpretatie van de raadslieden.

De twee advocaten maakten al eerder bezwaar tegen het spreekrecht van de ouders. De Amsterdamse rechtbank bepaalde 15 december dat ouders van de slachtoffers in de zedenzaak namens hun kind mogen spreken. Zij mogen niet alleen praten over de gevolgen voor hun kind, maar ook over de consequenties voor hun eigen leven.

Dat besluit is naar de mening van Anker en Van der Goot niet in overeenstemming met het arrest van de Hoge Raad. Een dergelijke 'ruime' interpretatie van de wettelijke regeling is in hun visie niet toegestaan. Ze hebben de rechtbank dinsdag laten weten deze kwestie aan te kaarten op de zitting van maandag, als de inhoudelijke behandeling van start gaat.

Ruim twintig ouderparen hebben aangegeven gebruik te willen maken van hun spreekrecht. Zij gaan vrijwel zonder uitzondering materiële en immateriële schadevergoeding eisen van hoofdverdachte Robert M. en zijn volgens het OM medeplichtige echtgenoot. De ouders krijgen achter gesloten deuren een kwartier de tijd voor hun relaas. Dertien of veertien ouderparen willen dat hun verhaal over de gevolgen van het misbruik wordt voorgelezen, zei vorige maand advocaat Richard Korver, die 46 ouderparen vertegenwoordigt.

De rechtbank had overigens in december al aangegeven dat de wet eigenlijk geen ruimte biedt voor ouders om te spreken in een zaak waarin hun kind slachtoffer is, maar gaf toch toestemming omdat de wetgever geen rekening zou hebben gehouden met zulke jonge slachtoffers.

Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Fred Teeven (VVD) noemde de beslissing van de Amsterdamse rechter eerder 'prima'. "Momenteel ligt er een wetsvoorstel bij de Tweede Kamer dat onder meer het spreekrecht voor ouders van kinderen jonger dan 12 jaar in dit soort zaken regelt. Ik constateer met tevredenheid dat de Amsterdamse rechters anticiperen op dit wetsvoorstel", zei hij medio december. De wet moet in april in werking treden.