Doden bij Amerikaanse drone-aanvallen Pakistan
Bij vier raketaanvallen binnen 24 uur door onbemande Amerikaanse vliegtuigjes op extremistische doelen in het noordwesten van Pakistan zijn zeker 42 extremisten omgekomen. Dat hebben bronnen bij de Pakistaanse inlichtingendienst gemeld.
Maandagavond werd bij een drone-aanval een huis getroffen in Gorvak, een dorp dicht bij de Afghaanse grens in de tribale regio Noord-Waziristan. In de loop van dinsdag werden nog drie huizen aangevallen, in Shawal en Datta Khel in Noord-Waziristan en in Dremala in Zuid-Waziristan. Volgens sommige Pakistaanse bronnen vielen bij de aanvallen geen 42, maar vijftig doden.
De drone-aanvallen vormen opnieuw een duidelijk teken dat de Amerikaanse regering vast van plan is door te gaan met dit soort aanvallen, ondanks de bezwaren van de regering in Islamabad.
Volgens Pakistan werken de aanvallen van de drones alleen maar contraproductief. De raketaanvallen plus de liquidatie van Al-Qaidaleider Osama bin Laden, die op 2 mei in het Pakistaanse Abbottabad door Amerikaanse Navy SEALs werd gedood, hebben tot een zeer stroeve relatie tussen Islamabad en Washington geleid. De regering van president Barack Obama heeft inmiddels laten weten dat ruim een derde van de militaire hulp aan Islamabad wordt opgeschort totdat de onderlinge geschillen zijn opgelost.
Vorig jaar voerde de CIA, in weerwil van de tegenwerpingen van Islamabad, het aantal raketaanvallen met drones op extremistische doelen in het noordwesten van Pakistan drastisch op. Er werden er zeker 115 uitgevoerd. Daarmee werd de toon gezet voor dit jaar.
In het Pakistaanse stammengebied houden zich Taliban- en Al-Qaidastrijders verschanst die het gemunt hebben op de buitenlandse en vooral Amerikaanse troepen in Afghanistan. Vooral Noord-Waziristan, waar onder andere het Haqqani-netwerk zetelt, is vaak het doelwit van drone-aanvallen.
