Quotes uit strafzaak tegen Wilders
Hieronder volgt een aantal opmerkelijke citaten uit de strafzaak tegen PVV-leider Geert Wilders. Maandag was de eerste zittingsdag bij de rechtbank in Amsterdam.
"De rechtbank leest kranten en kijkt ook televisie tegenwoordig. U wordt nog wel eens verweten door anderen dat u goed bent in het poneren van een stelling, maar de discussie uit de weg gaat. En het lijkt er een beetje op dat u dat nu vandaag ook weer doet." Rechtbankvoorzitter Jan Moors over het beroep dat Wilders doet op zijn zwijgrecht.
"Ongepast, ongehoord, schandelijk." Aldus kwalificeerde Geert Wilders maandag de opmerkingen die rechtbankvoorzitter Jan Moors zich eerder op de dag permitteerde.
"Ik zit hier tegen mijn zin. Als verdachte. Ik dacht op zijn minst recht te hebben op een eerlijk proces." Geert Wilders tegen de wrakingskamer.
"Ik had even niet het gevoel alsof ik tegenover een onafhankelijke rechtbank stond, maar alsof ik in de Tweede Kamer stond tegenover een collega van D66." Geert Wilders opnieuw over de uitlatingen van rechtbankvoorzitter Moors.
"Elke uitlating in het kader van dit strafproces wordt op een goudschaal gewogen. Ook de uitlatingen van mijnheer Wilders. Hij zou zich aan een nieuw strafbaar feit kunnen schuldig maken door vragen te beantwoorden over de ten laste gelegde uitlatingen." Advocaat Bram Moszkowicz.
"De rechtbank had moeten doen wat het Openbaar Ministerie deed, namelijk zeggen: we betreuren dat hij zich op z'n zwijgrecht beroept, maar we respecteren het." Advocaat Moszkowicz.
