Allochtonen vaker gokverslaafd dan autochtonen
Allochtone spelers van kansspelen zijn vaker gokverslaafd dan spelers van Nederlandse afkomst. Dit blijkt uit een onderzoek dat minister van Justitie Ernst Hirsch Ballin (CDA) vandaag naar de Kamer heeft gestuurd.
Turkse en Marokkaanse spelers zijn afhankelijk van de methodiek drie tot elf keer zo vaak verslaafd als Nederlandse gokkers. Bij Antilliaanse spelers komt verslaving twee tot vijf keer zo vaak voor, bij Chinezen en Surinamers een tot drie keer.
Uit het onderzoeksrapport 'Kansspelen in andere aarde' van het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum van het ministerie van Justitie blijkt dat 36 procent van de Marokkaanse en Turkse spelers gokschulden heeft. Onder Surinaamse en Turkse spelers heeft achttien procent gokschulden en van de Chinese en autochtone spelers heeft vijf procent schulden.
Casinospelen zijn vooral populair bij Turkse en Antilliaanse spelers, terwijl Surinaamse en Marokkaanse spelers vaker achter kansspeelautomaten plaatsnemen. Allochtonen nemen vaker deel aan verschillende kansspelen dan autochtonen, blijkt uit het onderzoek.
Aan het onderzoek namen 544 regelmatige gokkers deel, onder wie 181 allochtonen. Er is ook gekeken naar de oorzaak van de kansspelproblematiek. De verklaring voor de hoge mate van gokverslaving onder allochtonen moet volgens de onderzoekers niet worden gezocht in culturele factoren maar eerder in kenmerken als sekse, leeftijd, inkomen en opleiding.
Hirsch Ballin gaat samen met het ministerie van VWS en organisaties uit de verslavingszorg bekijken of maatregelen om verslaving tegen te gaan moeten worden aangepast.
