VARA en Van Dam boos over Exota passages
In de jaren zeventig maakte Van Dam als ombudsman bekend dat de destijds moderne 75 CL flesjes Exota-frisdrank spontaan konden exploderen. Later, in 1996 na jaren van procederen, bepaalde de rechter dat de VARA aan de fabrikant Tuijns Limonadefabrieken miljoenen euro's schadevergoeding moest betalen. De fabriek zelf was intussen failliet gegaan.
In het boek van auteur Peter Smit staat een passage over de onthulling die Van Dam destijds deed. De advocaat van de VARA eist nu dat het boek over de Exota-affaire voor woensdag uit de handel wordt genomen omdat "het de reputatie van zijn cliënten beschadigt en grievend is."
Update 11:52
De passages waar Marcel van Dam en de VARA boos over zijn staan in slechts vijf zinnen op pagina 192. Smit stelt daarin dat de VARA-ombudsman het merk in 1971 'van de kaart veegde' door ontploffende flessen te tonen in zijn tv-programma. Volgens de VARA is dat nonsens, omdat Exota pas in 1978 uit de handel werd genomen. Bovendien ging het onderwerp van Van Dam over het gevaar van ontploffende flessen in het algemeen, en niet enkel over die van Exota.
Ook schrijft Smit dat Van Dam verzweeg dat zijn broer directeur was van frisdrankconcurrent Vrumona. De VARA stelt dat de broer van Marcel van Dam in 1971 al 15 jaar dood was. Verder is de VARA gevallen over een passage waarin staat dat de omroep 8 miljoen gulden schade moest betalen. Van Dam en de omroep stellen dat dit 2,2 miljoen gulden was, verhoogd met de wettelijke rente vanaf 1971. Het bedrag kwam daardoor in 1996 uit op 7,7 miljoen gulden.