'Vrouwen onschuldig aan heroïnesmokkel'

De twee mannelijke verdachten die samen met twee Nederlandse vrouwen in Turkije vastzitten op verdenking van heroïnesmokkel, hebben verklaard dat de vrouwen onschuldig zijn. Tegen de politie hadden de mannen eerder verteld dat de vrouwen er wel van af wisten. De vier Nederlanders en een Turk worden verdacht van een voorgenomen smokkel van 24 kilo heroïne uit Turkije. De politie hield in Antalya aanvankelijk zeven Nederlandse toeristen aan. Een aantal van hen werd na enige tijd weer vrijgelaten.

Vandaag zeiden de mannen, bij de hervatting van de rechtszaak, dat de vrouwen, Linda F. en Anne Maria S., niet wisten dat er heroïne in de koffers zat, die ze in bewaring hadden gegeven. De mannen vertelden aan F. en S. dat ze de spijkerbroeken die in de koffers zaten, later weer zouden ophalen. De koffers mochten de Rotterdamse vrouwen zelf houden. De drugs bleken na een inval van de politie tussen de spijkerbroeken te zijn verstopt.

De twee Turks-Nederlandse mannen hebben vandaag hun aandeel bekend. Op de vraag van de rechter waarom ze hun verklaring over de vrouwen veranderden, antwoordden de mannen dat ze door de politie zijn gemarteld en dat ze daarom de voor de vrouwen belastende verklaring hadden afgelegd.

De Turkse autoriteiten beschouwen de 47-jarige Y.C. uit Schiedam als hoofdverdachte. Deze Nederlander van Turkse afkomst heeft van 1997 tot 2001 al in Nederland in de gevangenis gezeten voor het invoeren van twaalf kilo heroïne.

De rechter heeft de vrouwen nog niet vrijgelaten. Hij wil nader bewijsmateriaal onderzoeken. Op 6 november wordt de zaak voortgezet.