Aspirine remt mogelijk darmkanker
Definitieve opheldering moet nog komen, maar het is mogelijk dat het vertrouwde aspirientje helpt bij het afremmen van het ontstaan van darmkanker. Dat zegt onderzoeker R. Fodde van het Centrum voor Humane en Klinische Genetica in een interview in het blad Cicero van het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC).
Volgens Fodde remt aspirine (acetylsalicylzuur) de aanmaak van het enzym cyclo-oxygenase 2, dat in het beginstadium van darmkanker "overmatig geproduceerd wordt". Bovendien bevordert aspirine de zogenaamde 'geprogrammeerde celdood'. Dit mechanisme is een zelfbescherming van het lichaam tegen kanker, legt Fodde uit. Als een cel zijn langste tijd heeft gehad, of de celkern is ernstig beschadigd, treedt het in werking.
Om erachter te komen of aspirine inderdaad beschermend werkt bij kanker in de darmen doet Fodde, met collega's in Nederland en het buitenland, een uitgebreid onderzoek. Driehonderd mensen met een gen voor erfelijke darmkanker, waarvan het daarom zeer waarschijnlijk is dat zij de ziekte zullen krijgen, doen eraan mee. De onderzoekers hopen erachter te komen of de aspirine zijn werk doet, door deze mensen regelmatig te controleren op kanker. Toch waarschuwt Fodde dat het aspirientje geen wondermiddel is. "Het is niet onschadelijk. Mensen die veel aspirine gebruiken, hebben meer kans op maagbloedingen." De deelnemers aan het darmkankeronderzoek worden ook in verband met die mogelijkheid onderzocht. Fodde verwacht de eerste resultaten van het onderzoek over een jaar of vijf te hebben.
De veelzijdigheid van aspirine wordt met de vermoedens van Fodde nog eens benadrukt. Behalve als pijnstiller wordt het middel sinds enkele jaren ook gebruikt als preventief middel bij hartinfarcten en hersenbloedingen.
