Kutverkiezingen

Ik heb nog nooit zo met mijn handen in het haar gezeten. Fuck nine eleven, morgen zijn de verkiezingen en ik heb nog geen idee waarop ik moet stemmen. Moet stemmen, dat lees je goed: ik ben opgevoed met het motto: “Als je niet stemt, mag je niet klagen.” Ik wil mijn recht om te klagen graag behouden, want er gaat genoeg bezuinigd worden om in de komende vier jaar of korter een paar keer mijn bek open te trekken omdat iets ongunstig voor mij uitpakt. Maar op wie moet ik in godsnaam stemmen?

Ik heb van alles geprobeerd om zo goed mogelijk een keuze te maken. Zo heb ik bijna iedere stemwijzer geprobeerd die beschikbaar is: de Stemwijzer, Kieskompas, Stemmentracker, 3FM Partijwijzer, de Groene Kieswijzer. Zelfs de Stemwijzerwijzer maakte mij niet veel wijzer. Uit pure wanhoop ben ik doorgegaan met stemwijzers voor dummy’s, zoals de Stomwijzer (meh) en de Kinderstemwijzer. Uiteindelijk heb ik slechts één advies gekregen waar ik me volledig in kon vinden: De Speld Stemwijzer concludeerde zeer terecht dat ik niet weet wat ik wil.

Afgelopen zaterdag kwam ik bij toeval langs een politieke markt. Ik besloot te speeddaten met de partijen in de hoop makkelijker een keuze te kunnen maken. Zoals altijd waren alleen de grote partijen aanwezig, maar vooruit, het zou kunnen helpen. Kraampje voor kraampje vuurde ik een vragenvuur af op de vertegenwoordigers. Tussen de ballonnen, sponzen, flyers, fotografen, fancy shawltjes, vlaggetjes en blije mensen door hoorde ik hen uit over de 3% van Europa, belastingregels voor ZZP’ers, de hypotheekrenteaftrek en meer. GroenLinksman viel af omdat hij alleen maar over windenergie kon praten, de Partij voor de Dierenman viel af toen hij zei dat vlees slecht voor me was en dat ik maar beter vegetariër kon worden, en bij de andere politieke vertegenwoordigers hoorde ik alleen maar een liedje in mijn hoofd: “Lalalalalalalalalalalalaaaaaaaaa!”

Eenmaal thuis wist ik het niet meer. De SP-schuurspons viel bij de eerste afwas al uit elkaar, de VVD-ballon was geknapt, maar de foto met mijn persoonlijkheidsheldin Lutz Jacobi prijkte op Facebook. Ik wist nog steeds niet op wie ik zou stemmen. Toch is me wel iets duidelijk geworden: het probleem ligt niet aan de informatie van de partijen, maar bij mij.

Ik ben het product van de media- en imagomaatschappij. Ik volg zo veel mogelijk media om mij zo breed mogelijk te laten informeren over de verschillende partijen en hun standpunten, waarbij het imago van de lijsttrekkers nog belangrijker is dan wat de partij wil bereiken. Door mijn ervaring weet ik dat geen partij al hun standpunten kunnen waarmaken, omdat alles kan veranderen in de coalitiegesprekken. Verkiezingsbeloftes zijn zo leeg, als beloftes niet waargemaakt kunnen worden. In de gesprekken op de verkiezingsmarkt en tijdens de debatten op tv was ik zo kritisch, dat ik alleen maar: “Lalalalalalala, het zal wel…” in mijn hoofd had. Iedere partij die bij de uitslag van de verschillende stemwijzers bovenaan stond, was sowieso kansloos omdat die koppen mij niet aanstonden. Vooral die nare kop van Samsom. Nachtmerries! Ik ben te kritisch geworden om voor mijzelf een goede stemkeuze te maken.

Ik zit nog steeds met mijn handen in het haar. Laat ik mij meeslepen door het imago van de partij, zoals deze is neergezet in de verschillende media? Stem ik tactisch mee met de massa? Moet ik terug naar de grondbeginselen en idealen van de partij, in de hoop dat daarvan iets te vertalen is naar het gehele beleid? Eén ding is voor mij zeker: op dit moment is geen van de partijen een geloofwaardige keuze voor mij. Maar morgen zal ik mijn keuze toch maken, als mijn plichtsgevoel mij door de regen naar het kieslokaal drijft, waarbij ik binnensmonds vloek: “Kutverkiezingen.”