Nitwitter
Ja ja, ik loop achter, ik weet het. En dat terwijl ik toch beter had kunnen weten. Een paar jaar geleden voorspelden de hippe reclamejongens waar ik toen mee samenwerkte al dat er een tijd zou komen dat ik wel voor de bijl moest gaan. Eigenwijs als ik ben, heb ik geprobeerd om zo lang mogelijk weerstand te bieden. Omdat ik er geen heil in zag om sms-achtige berichten het internet op te sturen. Omdat ik het te voyeuristisch vond. En omdat ik het een tijdverslindend nietsnuttending vond. Maar ik ben toch om.
Twitter. Wat voor nut heeft het om op gezette tijden aan de wereld te laten weten wat je precies zegt, denkt of doet op dat moment? ‘Zo, nu eerst een bakkie koffie.’ Boeien. Niet interessant. Van jou niet, van mij niet, van de buren niet. Zelfs niet van Femke Halsema of Jeroen van Koningsbrugge. Maar Twitter is meer dan sms'en met heel de wereld. Je ziet het laatste nieuws het eerst en boort een schat van achtergrondinformatie aan over onderwerpen die jou interesseren. Maar bovenal is Twitter het medium bij uitstek om jezelf online te profileren. Online profilering, het nieuwe toverwoord voor ondernemers, waar ik er toevallig ook eentje van ben. En dus heb ik de account die ik een jaar of drie geleden aangemaakt heb – je moet toch weten waar je nee tegen zegt, nietwaar? – recentelijk nieuw leven ingeblazen.
‘Probeer maar eens wat’, zei de internetgoeroe uit mijn kennissenkring. ‘Volg eens wat mensen, zoek eens naar onderwerpen waar je meer over wilt weten en kijk de kunst af.’ De kunst. Twitteren is kennelijk een kunst. Het ontcijferen van tweets blijkt dat inderdaad te zijn. Met maar 140 tekens voor handen en een hoop te vertellen, moet je creatief te werk gaan. En zo sneuvelt er her en der een klinker en doen ongebruikelijke afkortingen hun intrede. Net iets voor mij.
Wat moet ik in zo’n community waar taalregels met voeten getreden worden, terwijl de Nederlandse taal mijn product is? O ja, die online profilering. Een soort reclame die kleine zelfstandigen zoals ik niet mogen missen. Gratis, maar niet zonder investering. In tijd en moeite. Want simpelweg ‘Kom naar mij, ik ben de beste’ op het web pleuren, is geen optie. Nee, dat moet subtiel. Het gaat erom wie je bent en wie je kent. Imagobuilding. Dat doe je langzaam en doordacht. En dan kun je natuurlijk tweeten dat je vanmorgen bij de tandarts was en dat het toch wel tegenviel, maar misschien wil je toch wat geëngageerder en wereldwijzer overkomen. ‘Waar moet dat heen met de wereld?’ Nee, te algemeen. Het moet wel persoonlijk blijven.
‘Je hoeft helemaal niet zelf het wiel uit te vinden’, zei de internetgoeroe me. ‘Retweeten!’ Wat? Nou, je zoekt dus gewoon naar mensen die iets intelligents gezegd hebben en dat herhaal je dan in je eigen account. En doe dat dan regelmatig, zodat mensen zien dat je wat te vertellen hebt, al riekt het dan naar napraten. Zo laat je zien wat jou boeit, waar je mee bezig bent. Hetzelfde geldt voor de accounts die je volgt. Staat Femke Halsema ertussen? Dat zegt meer over jou dan over haar. Denk er nog eens goed over na, het weegt allemaal mee. En ondertussen kun je voorzichtig oefenen met zelf iets zinnigs te zeggen binnen de beperking van 140 tekens.
Maar wat?
‘Twitter = taalverloedering’
Zo, die staat.
Maar eigenlijk had ik gewoon willen zeggen dat die tandarts me zo ongelofelijk mishandeld heeft.