VN nemen mensenrechten China onder de loep

China heeft dinsdag erkend dat er nog altijd problemen zijn met de mensenrechtensituatie in het land. Wel stelt de Chinese regering dat er vorderingen zijn geboekt bij de aanpak van de armoede, de hervorming van het rechtsstelsel en de bescherming van etnische minderheden. Beijing reageerde op een onderzoek van de Verenigde Naties naar de mensenrechtensituatie.

China beloofde de VN-Mensenrechtenraad te blijven werken aan verbetering van de mensenrechtensituatie. Activisten en rechtenorganisaties vroegen vooral aandacht voor de zware overtredingen van de mensenrechten, zoals de aanpak van activisten en het etnisch-Tibetaanse en Oeigoerse bevolkingsdeel. De landen die de mensenrechtensituatie onderzochten - Polen, Sierra Leone en de Verenigde Arabische Emiraten - hebben vooral aangedrongen op een betere behandeling van vrouwen, gehandicapten en etnische minderheden. Bovendien willen ze dat China het rechtssysteem grondiger gaat hervormen, de doodstraf op termijn gaat afschaffen en een einde maakt aan de detentie van mensenrechtenactivisten.

Een speciale gezant van het Chinese ministerie van buitenlandse zaken zei dat er sinds 2009, toen de VN de laatste keer onderzoek deden, vorderingen zijn gemaakt. Het is volgens hem echter geen eenvoudige taak voor een land dat zo snel groeit. De 'onevenwichtige, ongecoördineerde en niet-duurzame ontwikkeling blijft een acuut probleem', aldus Wu Hailong. Hij erkende tevens dat sociale programma's in 'delen van regio's van etnische minderheden' achter liggen. Bovendien zou in die gebieden bij wetshandhavers te weinig aandacht zijn voor de mensenrechten.