'Rebellen Syrië maakten zelf gifgas'

De Russische ambassadeur bij de VN heeft donderdag "bewijs uit eerste hand" gepresenteerd waaruit volgens hem duidelijk blijkt dat niet het Syrische leger, maar rebellen een dodelijke aanval met een chemisch wapen hebben uitgevoerd. Volgens ambassadeur Vitaly Churkin hebben de rebellen zelf gifgas en een raket gefabriceerd en afgevuurd.

Volgens Churkin staat vast dat de raket waarmee in maart een aanval met gifgas werd gepleegd bij de stad Aleppo "niet aan militaire standaarden voldoet". Zowel het projectiel als het gifgas sarin zouden onder geïmproviseerde omstandigheden zijn gemaakt. De aanval kostte volgens de Russen het leven aan 26 mensen, onder wie 16 militairen.

Rusland is de belangrijkste bondgenoot van Syrië. Westerse landen reageerden sceptisch op de Russische claims. Zij stellen juist bewijzen te hebben dat het regime van de Syrische president Bashar al-Assad chemische wapens heeft ingezet en pleitten voor onafhankelijk onderzoek naar meerdere meldingen.

Syrië zou bereid zijn om een onderzoeksteam van de VN toe te laten tot Khan al-Assal, waar de aanval van maart plaatsvond, maar het land weigert inspecties op andere plaatsen. Frankrijk, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten vinden dat onacceptabel. Zij eisen onderzoek naar minstens negen andere meldingen van vermeende aanvallen met chemische wapens door de Syrische regering.