Grote kans op dodelijke griep-pandemie

Wereld Gezondheidsorganisatie Wetenschappers maken zich ernstig zorgen over de potentie van de Aziatische vogelgriep om naar een mens-op-mens variant te muteren en een wereldwijde griep-epidemie (een pandemie) te veroorzaken, die vele malen erger kan zijn dan de Spaanse griep-pandemie van 1918 die 25-50 miljoen levens eiste. Op een conferentie in Maleisië is een dringend beroep op rijke landen gedaan om landen bij te staan die op dit moment kampen met uitbraken van de H5N1-variant van de vogelgriep. Het gevaar is acuut, omdat er al besmettingen van dier op mens zijn geweest. Als er mensen worden geïnfecteerd die toevallig aan een menselijke griep-vorm lijden dan kan er een hybride variant ontstaan die net zo besmettelijk is als de 'gewone' griep, maar veel dodelijker omdat er geen afweer tegen is. Omdat er tegenwoordig veel van werelddeel naar werelddeel wordt gereisd is het risico van een wereldwijde uitbraak dan enorm, waarbij tientallen of zelfs honderden miljoenen mensen zouden kunnen overlijden. Griep-pandemieën doen zich gemiddeld om de 20-30 jaar voor, de laatste was 40 jaar geleden.

Volgens de Wereld Gezondheidsorganisatie doen Aziatische landen hun uiterste best om vogelgriep-uitbraken het hoofd te bieden, maar zonder hulp uit het Westen is het dweilen met de kraan open. Volgens een woordvoerder is de houding van veel Westerse landen er één van zelfvoldaanheid, maar dit is misplaatst. Het effect van een pandemie zal veel erger zijn dan dat van SARS twee jaar geleden, en zal tevens tot grote economische schade leiden omdat internationale handel nagenoeg stil zal komen te liggen. Waarschijnlijk wordt het risico door veel landen onderschat omdat er nog maar 55 gevallen van overlijden bekend zijn, in China, Vietnam en Thailand. Inmiddels kampen Cambodja en Noord-Korea ook met vogelgriep-uitbraken, maar daar zijn nog geen menselijke slachtoffers bekend.

In 1918 was de kans om bij besmetting te overlijden zo'n 2%. Dat lijkt weinig, maar er overleden veel meer mensen dan in de Eerste Wereldoorlog. Schattingen over die kans bij een gemuteerde vogelgriep-pandemie lopen sterk uiteen, maar experts zijn het er over eens dat die een stuk hoger zal liggen dan in 1918, op zo'n 30-60%. Nieuwe ziektes hebben wel de neiging in eerste instantie aanleiding tot overdreven schattingen te geven omdat de steekproeven klein zijn en degenen die wel ziek worden maar niet overlijden vaak niet meegeteld worden. Toch is een kans van meer dan 30% niet onwaarschijnlijk en moet op basis van de huidige gegevens met de mogelijkheid van dergelijke overlijdensrisico's rekening worden gehouden.

Het probleem in Azië is dat vogels en mensen vaak naast elkaar leven en gevogelte in bedrijfjes aan huis in dichtbevolkte gebieden wordt verwerkt. Verder worden levende vogels op markten verhandeld. Dit zijn de ideale omstandigheden voor vogelgriep om naar de mens over te springen. Meer hygiëne en betere werkomstandigheden moeten het risico verminderen. Uiteindelijk gaan maatregelen meer om uitstel dan voorkoming; de verwachting is dat het er toch een keer van komt. Hoe langer dat echter duurt, des te groter de kans dat er een effectief vaccin is ontwikkeld, waar momenteel onderzoek naar wordt gedaan. Volgens een recent onderzoek zijn de gezondheidsdiensten in Nederland niet op een grote griep-uitbraak voorbereid.


Het H5N1-vogelgriepvirus kan naar een mens-op-mens variant muteren bij gelijktijdige besmetting van zowel H5N1 als 'gewone' menselijke griep