Van luis in de pels tot functie elders: Omtzigt kiest voor zichzelf en zijn gezin

Met een drie minuten durende videoboodschap op Goede Vrijdag zette Pieter Omtzigt (50) na ruim twee decennia een punt achter zijn loopbaan in de landelijke politiek. “Echt herstel van mijn burn‑out lukt niet in de hectiek van Den Haag,” verklaarde hij, zichtbaar aangedaan. Daarmee verliest de Tweede Kamer de man die het kinderopvangtoeslagschandaal blootlegde, kabinetten in verlegenheid bracht en bij miljoenen kiezers het verlangen naar een ‘nieuwe bestuurscultuur’ belichaamde. Voor Nieuw Sociaal Contract, de partij die in november 2023 in één klap twintig zetels veroverde, is zijn vertrek een politieke aardbeving van de eerste orde.

Van econometrist tot luis in de pels
Toen de 28‑jarige econometrist in 2003 namens het CDA de Kamer betrad, behoorde hij tot de anonieme achterhoede. Dat veranderde razendsnel toen hij zich vastbeet in belastingdossiers. Met eindeloze Wob‑verzoeken, nachtelijke moties en scherpe interrupties bouwde hij een reputatie op als dossiervreter. Zijn kritische houding tegenover het tweede kabinet‑Rutte maakte hem berucht op ministeries, maar geliefd bij burgers die zich miskend voelden door een gesloten overheid.

Die combinatie kwam pregnant tot uiting in het toeslagenschandaal. Samen met SP‑collega Renske Leijten reconstrueerde Omtzigt hoe duizenden ouders na een kleine administratieve fout in een financiële afgrond belandden. De affaire leidde in 2021 tot de val van Rutte III en maakte Omtzigt definitief een symbool van parlementaire controle. Tegelijkertijd eiste de strijd zijn tol: emotionele uitbarstingen in commissies en signalen van overbelasting werden almaar frequenter.

‘Functie elders’ en de breuk met het CDA
Binnen het CDA gold Omtzigt al jaren als lastig. Zijn vragenregen frustreerde eigen ministers, zijn afkeer van partijdiscipline botste met het fractiebestuur en zijn bijna‑overwinning op Hugo de Jonge in de lijsttrekkersrace van 2020 was voor velen een schrikbeeld. Toen verkenner Kajsa Ollongren in maart 2021 met de aantekening “Positie Omtzigt: functie elders” voor de fotografen langs liep, werd de vertrouwensbreuk publiek. Enkele maanden later stapte Omtzigt ziek uit de partij, om als eenmansfractie Groep Omtzigt terug te keren.

De geboorte van Nieuw Sociaal Contract
Met de publicatie van zijn boek Een nieuw sociaal contract (2021) groeide het idee van een onafhankelijke beweging. Pas in de zomer van 2023, na lang aarzelen, richtte hij daadwerkelijk een partij op. NSC schoot in de peilingen naar veertig virtuele zetels: kiezers herkenden zich in Omtzigts pleidooi voor bestaanszekerheid, regionale spreiding van macht en een weerbare rechtsstaat. Toch temperde hij de verwachtingen en gaf na lang dralen aan géén premier te willen worden. Bij de verkiezingen in november 2023 haalde NSC uiteindelijk twintig zetels: genoeg om sleutelspeler te worden in de formatie die leidde tot het kabinet‑Schoof (PVV‑VVD‑NSC‑BBB).

De spagaat van regeren met de PVV
Vanaf dag één bleek regeren voor Omtzigt een spagaat. Hij had de coalitie enkel willen aangaan nadat PVV‑leider Geert Wilders afstand deed van het premierschap én een rechtsstaatverklaring tekende. Maar in de praktijk zoomde de aandacht uitgerekend in op elke PVV‑uitglijder. Ging Wilders tekeer tegen rechters of suggereerde Asielminister Faber het parlement te willen omzeilen met staatsnoodrecht, dan was Omtzigt aan zet om uit te leggen hoe dát rijmde met ‘goed bestuur’. In de wandelgangen klaagde hij dat hij zich voortdurend moest verantwoorden voor woorden die niet de zijne waren.

Burn‑out en ‘ontpieteren’
Regeren vergde ook intern zijn tol. Al tijdens de coalitie‑onderhandelingen deden berichten de ronde over nachtelijke onderhandelingssessies waarin Omtzigt schreeuwend en huilend extra miljarden eiste voor bestaanszekerheid. In september 2024 kondigde hij een ‘tijdelijke stap terug’ aan; co‑fractievoorzitter Nicolien van Vroonhoven nam Kamerdebatten en coalitie‑overleggen over. In NRC klaagden anonieme NSC’ers over de noodzaak van ‘ontpieteren’: de partij moest minder om één man draaien.

Toen Omtzigt in november terugkeerde, bleef die spanning. Hij verdeelde het fractieleiderschap, maar greep nog steeds in bij dossiers over pensioenen, energie en Europese integratie. Voor coalitiepartners was het soms onduidelijk of zij met Van Vroonhoven of met Omtzigt onderhandelden; voor NSC‑bewindslieden voelde het alsof de partijleider over hun schouder meekeek.

Vrije val in de peilingen en intern vertrek
De electorale gevolgen lieten niet op zich wachten. In de jongste Peilingwijzer is NSC inmiddels weggezakt tot twee zetels. Kiezers die op rechts ontevreden waren over de ‘beleidsmatige stroperigheid’ en linkse zwevers die de PVV‑deal niet verteerden, dropen af. Ondertussen haakten een staatssecretaris en twee Kamerleden af, deels uit frustratie over de omgangsvormen in het kabinet, deels omdat zij Omtzigts koers niet konden volgen. Van binnenuit werd gefluisterd dat ‘de houdgreep’ waarin hij de fractie hield, onhoudbaar was.

De druppel: Voorjaarsnota‑onderhandelingen
In de aanloop naar de Voorjaarsnota onderhandelde Van Vroonhoven namens NSC, terwijl Omtzigt via een videoverbinding meekeek. Coalitiegenoten lieten na afloop uitlekken dat ‘handjeklap met Nicolien soms nóg zwaarder was dan met Pieter’. Het lijkt de finale tegenvaller geweest te zijn voor Omtzigt, die tot de conclusie kwam dat rust vinden onmogelijk is zolang de hectiek van Den Haag lonkt.

Reculer pour mieux sauter? Reconstructie van de videoclaus
Vrijdagmiddag, anderhalf uur vóór publicatie van de video, deelde hij zijn besluit met de fractie. Daarna nam hij op X afscheid: “Hoewel ik nog boordevol ideeën zit, lukt het me niet mijn mandaat af te maken.” Het Kamerlid dat menig minister trakteerde op een inkijkje in het toeslagendrama, drukte deze keer op de pauzeknop voor zijn eigen leven. De reacties waren, van ‘moedig’ (premier Dick Schoof) tot ‘heel, heel zwaar’ (Van Vroonhoven), unaniem empathisch. Niemand kon volhouden dat hij dit niet had zien aankomen, maar iedereen leek verrast door het momentum.

Wat betekent dit voor NSC en het kabinet‑Schoof?

  1. Leiderschap
    Van Vroonhoven geldt al maanden als de de‑facto leider, maar mist Omtzigts flair en netwerk. Ze moet nu laveren tussen kiezers die rechtsstatelijke principes essentieel vinden en coalitiepartners die daar regelmatig volstrekt geen boodschap aan lijken te hebben.
  2. Electorale overlevingskans
    Zonder het merk‑Omtzigt boet NSC in aan herkenning. De partijorganisatie is jong, de achterban versnipperd. Peilers waarschuwen voor een CDA‑2017‑scenario: snelle krimp als kiezers heil zoeken bij BBB of Volt.
  3. Coalitiestabiliteit
    Paradoxaal genoeg kan Omtzigts vertrek de coalitie tijdelijk ontlasten. Minder onverwachte persmomenten en emotionele uitbarstingen betekent meer voorspelbaarheid. Tegelijk vervalt het laatste deel van het morele kompas waarop het kabinet pretendeerde af te stemmen.
  4. Parlementaire dynamiek
    Sceptici vrezen dat de reflectie op macht, die Omtzigt zo fel representeerde, weer terrein verliest. Anderzijds is er een generatie Kamerleden, getraind door zijn voorbeeld, die die taak kan overnemen.

Pieter Omtzigt laat een paradoxale erfenis achter. Hij toonde dat één volhardend Kamerlid systemen kan openbreken, maar ook hoe kwetsbaar zo’n solo‑optreden is als de fysieke en mentale belasting ontspoort. Zijn loopbaan vertelt het verhaal van een politicus die met succes tegen machtsschendingen vocht, maar wiens eigen partij aan zijn perfectionisme kon bezwijken.

Pieter Omtzigt kiest hij voor zijn gezin en herstel, een keuze die velen hem niet alleen gunnen, maar ook na twintig turbulente jaren niet willen misgunnen. Zijn droom van een nieuw sociaal contract spat uiteen, maar de vragen die hij opwierp over transparantie, rechtsgelijkheid en bestuurlijke weerbaarheid zijn door toedoen van het kabinet dat hij mogelijk maakte urgenter dan ooit geworden.