FOK!focus: Twintig illustere bad guys


Bijdrage: Vinnypassy

15. Daniel Plainview (There Will Be Blood, Daniel Day-Lewis)

Als er in het medium film iemand is die de hebzucht naar macht en succes en de verderfelijke paden die daarbij bewandeld kunnen worden perfect gestalte kan geven, dan is dat wel Daniel Day-Lewis. Zijn belichaming van oliemagnaat Daniel Plainview die letterlijk over lijken gaat om te halen wat hij wilt, is op zijn minst fenomenaal. De method actor zet hier wellicht zijn beste rol ooit neer.

Maar het is natuurlijk niet alleen de vertolking van Lewis die van Plainview zo’n misselijk figuur maakt. Hij schopt en slaat tegen alles wat hij tegenkomt: de maatschappij in het algemeen, het christelijke geloof en zelfs zijn eigen zoon – die natuurlijk niet kon voldoen aan de hoge verwachtingen van zijn adoptievader – moeten het ontgelden. Plainview verkoopt zijn ziel om maar te krijgen wat hij wil, net als de bakker een vers brood over de toonbank laat gaan.

Dat moment waarop hij zijn zoontje wegstuurt. Die allerlaatste scène, waarin Plainview volledig door is gedraaid en het bloed als nooit tevoren aan zijn handen kleeft. Die briljante doopscène met een net zo briljante Paul Dano, en dan dat droge: “There’s a pipeline.” IJskoud. Plainview moet met recht een van de verschrikkelijkste protagonisten zijn uit de recente filmgeschiedenis. Naargeestig, angstaanjagend en fascinerend tegelijk.

14. Shark (Jaws, prop)

Niet elke villain hoeft een persoonlijke gestalte te krijgen. Angst is iets wat vooral tussen de oren zit. Kijk maar naar de beste horrorfilms: het is de gedachte dat er iets te gebeuren staat, de weg ernaartoe, die het brein voedt dat er iets naars om de hoek loert. Het zijn die paar klanken, dat stukje herkenning, het langzaam ergens bewust van worden.

“Teudeu ...” Water. “Teudeu ...” Vin. “Teudeuteudeuteudue ... “ Aaarghhh!

Dat is wat de haai uit Jaws zo legendarisch maakt. Natuurlijk, die prop ziet er misschien niet meer uit. Maar hey, het was wel 1975 en voor die tijd was het toch zeker niet slecht bedacht. En juist dat – die geniale klanken van John Williams samen met die gekke prop – en het inspelen op de eeuwige angst van de mens voor haaien in de zee, maken van die kleine momentjes iets groots om nooit te vergeten.

13. HAL 9000 (2001: A Space Odyssey, stem van Douglas Rain)

De strijd tussen mens en machine is immer fascinerend. Het is een geliefd onderwerp in menig film. In 2001: A Space Odyssey is het weer geen mens die de ploert van de film is: het is de hyperintelligente computer HAL 9000. Dit besturingssysteem is de perfecte incarnatie van de al dan niet bewuste angst van de mens tijdens de ontwikkeling van artificiële intelligentie, uiteraard om het zichzelf hier zo gemakkelijk mogelijk mee te maken.

Het risico dat hierachter schuilgaat, is dat de mens iets ontwikkelt dat het menselijk brein ontstijgt. Iets dat perfectie overschrijdt. Onlangs zagen we dit nog met Samantha in Her, die in al haar goedheid meer hooi op de vork nam dan vooraf verwacht, maar HAL 9000 streeft de mens voorbij op een manier dat het levensbedreigend wordt. Rustig en bedachtzaam staat hij het personeel van Discovery One bij in hun ruimtereis naar Jupiter en wordt hij zelfs gezien als het zesde bemanningslid.

“I've just picked up a fault in the AE35 unit. It's going to go 100% failure in 72 hours.”

Yeah, right. Shit is about to hit the fan. Niet met standaard spanningsbogen, maar op zijn Kubrickiaans. Iemand de ruimte insturen en daar lekker laten bungelen. Geen muziek, alleen geadem en ijzige kalmte. Eventueel een stukje klassieke muziek, gewoon omdat het kan. Zo kan het ook. Pas maar op voor die kunstmatige slimmigheid.

12. Patrick Bateman (American Psycho, Christian Bale)

Erbij horen is niet genoeg. De beste zijn, dat is het doel. Net even een keertje extra onder de zonnebank. Net even een keertje extra scrubben. Net even een keertje extra opdrukken. Net even wat langer in de spiegel kijken om te zien of het haar wel goed zit. En natuurlijk dat visitekaartje. Altijd dat verdomde visitekaartje! Je moet de beste hebben, want anders ... Want anders!

Check Patrick Bateman. De überyup. De vleesgeworden belichaming van al het slechte dat zo’n metroseksuele carrièretijger met zich mee kan brengen. Geobsedeerd door de persoonlijke strijd naar perfectie, blind geworden voor de mens om zich heen. Alleen luisterend naar geld. Als een pinautomaat zegt dat je een kat moet doden, dan doe je dat. En anders een onschuldig omaatje.

Al het slechte, of eigenlijk alles wat minder is dan hij, moet uitgeroeid worden. Daklozen, hoeren. Liefst zo kil mogelijk. Nog even beschimpen, en dan afmaken. Nog even zelfverheerlijkende seks hebben, prostituees denigreren, en dan erop inhakken met een bijl. Of een kettingzaag. Gewoon in je woonkamer. Luisterend naar Genesis. En vervolgens de afgehakte hoofden bewaren in de koelkast.

American Psycho. Patrick Bateman is er echt een.

11. Anton Chigurh (No Country For Old Men, Javier Bardem)

In hetzelfde jaar dat de wereld kennismaakte met Daniel Plainview, werd Anton Chigurh in No Country For Old Men het witte doek opgetoverd door de gebroeders Coen. De anders zo charmante Javier Bardem, hoewel hij in bijvoorbeeld Mar Adentro eerder al liet zien dat hij meer kan dan een beetje leuk lachen, transformeerde naar het monster met dat viezige halflange haar, die gebrekkige motoriek en dat enge lachje.

Het is wel leuk om Chigurh naast Plainview te leggen. Of de iconische en tijdloze vertolking van Heath Ledger als The Joker. Zij zijn villains met inhoud, met een gedachte, met een doel. De een streeft op verbitterde wijze geld, macht en eer na en is op die manier een donkere spiegel van de ambivalente Amerikaanse maatschappij. De ander is de personificatie van de donkere visie op de Amerikaanse waanzin om werkelijk alles te moeten controleren. Schurken met een achtergrond en juist die achtergrond maakt hen zo indrukwekkend sterk.

Waarom dit alles bij een stuk over Anton Chigurh? Omdat hij juist niets van dat alles heeft. Nergens toont hij waarom hij zo meedogenloos met mensenlevens omgaat. Hij is angstaanjagend in zijn mysterieuze en compromisloze eenvoud: hij doet het wel of hij doet het niet. Desnoods gooit hij een muntje op. Valt ie goed of valt ie niet goed? In deze wereld van de Coens zijn maar twee dingen zeker: dat mensen doodgaan en dat Chigurh daar een stevig handje bij helpt.