Reconstructie val kabinet Balkenende-I

Voordracht Balkenende (DivX)
Tekst ontslagaanvraag Balkenende
Ontslagbrief Bomhoff
Ontslagbrief Heinsbroek



Verklaring premier Balkenende over de ontslagaanvragen van het kabinet

Meneer de Voorzitter,

Het is met grote spijt dat ik hier vandaag in uw Kamer verschijn. Spijt vanwege de aard van mijn boodschap. Maar spijt zeker ook vanwege het moment waarop. Ik kan mij goed voorstelen dat verschillende van uw afgevaardigden, maar ook heel veel mensen thuis, vooral hun teleurstelling over dat laatste hebben uitgesproken.

Gisteren was op de eerste plaats de dag van de uitvaart van Prins Claus en had dat vooral ook moeten blijven. Voor de Koninklijke familie en voor ons gehele volk.

Dat er gisteravond een ministerraad was uitgeschreven had te maken met het debat over de uitbreiding van de Europese Unie en de wens om de Kamer zo snel mogelijk te kunnen informeren over het standpunt van het kabinet. Aan die discussie zijn wij gisteravond niet toegekomen omdat de vergadering in het teken kwam te staan van ontwikkelingen binnen één van de coalitiepartijen.

Meneer de Voorzitter,

Op 15 mei heeft de kiezer zich onomwonden uitgesproken. De verkiezingsuitslag wees helder en duidelijk in de richting van een kabinet bestaande uit CDA, LPF en VVD. Door de vorming van dit kabinet werd recht gedaan aan de duidelijke wens die de kiezers op 15 mei kenbaar hadden gemaakt. Een andere coalitie was ook niet denkbaar. Het kabinet heeft op de verkiezingsuitslag ook het regeerprogramma gebaseerd: duidelijkheid en daadkracht; voor waarden en normen, voor openheid en transparantie.

Het kabinet is direct na zijn aantreden met voortvarendheid aan de slag gegaan. Dat was nodig, ook gezien de financieel-economische ontwikkelingen. Daarbij waren er, voorafgaande aan de Algemene Beschouwingen, weliswaar in de marge enige aanloopproblemen, maar het resultaat was dat er vergaande en noodzakelijke beslissingen werden genomen, en dat er een doorwrochte begroting en een beleidsprogramma tot aan 2006 met ingrijpende beleidsvoornemens zijn gepresenteerd. Tot op het laatst is er in de Treveszaal in eenheid en in gezamenlijkheid geregeerd met als laatste resultaat de besluitvorming over een ambitieus veiligheidsplan afgelopen vrijdag.

Tot mijn spijt heb ik de afgelopen dagen moeten constateren dat er binnen het kabinet tussen enkele ministers van de LPF een vertrouwensbreuk is ontstaan. Daarbij ging het nadrukkelijk niet om een conflict over de inhoud van het beleid. Het ging uitsluitend om de vraag hoe mensen met elkaar omgaan, binnen de LPF-geleding.

Ik heb de afgelopen dagen achter en voor de schermen alles gedaan wat naar mijn mening nodig en mogelijk was om het tussen de ministers ontstane probleem op te lossen. Ik heb dat gedaan vanwege het belang van een goed bestuur, en in een uiterste poging recht te doen aan de verkiezingsuitslag. Dat is mij helaas niet mogelijk gemaakt.

In de vergadering van de ministerraad van gisteravond heb ik moeten constateren dat het conflict tussen beide ministers zodanige vormen had aangenomen dat ook de andere bewindspersonen van de LPF niet langer bereid waren om met hen in één kabinet samen te werken. Na deze gebleken vertrouwensbreuk tussen de bewindspersonen van de LPF heb ik de ministers van VWS en EZ gevraagd om daaraan hun consequenties te verbinden en op eigen initiatief ontslag te vragen. Dat beroep op deze beide ministers werd ondersteund door alle andere leden van het kabinet. Ik heb beide ministers de gelegenheid gegeven op dit dringend beroep hedenochtend antwoord te geven. In de loop van deze dag hebben beide ministers mij laten weten dat zij hun ontslagaanvrage zouden indienen. Dat is inmiddels gebeurd.

Meneer de Voorzitter,

In de ministerraadsvergadering van gisteravond heb ik ook aangekondigd vandaag overleg te zullen voeren met de voorzitters van de fracties waarop het kabinet steunt. Dit gelet op de situatie binnen het kabinet, alsmede op de aanhoudende discussies binnen en rond de LPF-fractie en de LPF-partij. Mede op basis van deze consultaties heb ik de conclusie getrokken dat er geen basis meer is voor een verdere vruchtbare en duurzame samenwerking binnen de coalitie. Ik heb die conclusie hedenmiddag aan de vergadering van de ministerraad voorgelegd. Op grond daarvan ben ik voornemens om aan Hare Majesteit de Koningin het ontslag aan te bieden van alle na het vertrek de ministers van VWS en EZ resterende ministers en staatssecretarissen.



Ontslagbrief Bomhoff

Beste Jan-Peter,

Vanmorgen heb ik in bijgaande brief Hare Majesteit verzocht om mij te ontheffen uit mijn functie. Als toelichting het volgende.

Op zaterdag 5 oktober heb ik een zeer bemoedigende vergadering bijgewoond van de vereniging LPF. Op dat moment was ik echter al bevreesd voor spanningen in de twee andere delen van de LPF, de fractie en de vertegenwoordiging in het kabinet. Ik heb toen mijn eigen morele houding bij een door mij niet gewenste crisis aangegeven:

Er was een tijd dat respect en vertrouwen vanzelfsprekend waren in de politiek. Respect en vertrouwen blijven voor mij maatgevend, ook wanneer ze dat voor sommige anderen kennelijk niet meer zijn. Zeer tot mijn spijt is door de ontwikkelingen van de laatste dagen een steeds meer onwerkbare situatie ontstaan, vandaar dat ik met onmiddellijke ingang terugtreed.

Van de korte omgang met bijna alle collega’s in het kabinet heb ik veel geleerd. Ik bewonder hun inzet voor ons land. Ook de dagelijkse contacten met staatssecretaris Clémence Ross en met de ambtelijke top en staf van ons ministerie waren voor mij een bron van inspiratie. Hun allen zal ik mijn dank betuigen voor de samenwerking.

Ik wens je tenslotte wijsheid en kracht in een moeilijke situatie. Ik heb je al eerder mijn respect betuigd voor je open en tolerante stijl van leiden.

Met vriendelijke groet,

dr. E.J. Bomhoff



Ontslagbrief Heinsbroek

Beste Jan-Peter,

Met pijn in mijn hart deel ik je hierdoor mede vandaag mijn ontslag te zullen indienen als Minister van Economische Zaken bij de Koningin. Ik ben in juli van dit jaar met veel plezier aan deze uitdaging begonnen, echter met name de laatste weken kwam ik in een gewetensconflict terecht betreffende de democratische procesgang in de partij, alsook het ontbreken van een serieuze meningsvorming binnen de fractie en het bewindsliedenoverleg.

Daarnaast baarde de steeds grotere bemoeienis van het interim-bestuur van de partij met de fractie mij grote zorgen. Een fractie hoort zonder druk van buitenaf te kunnen functioneren. De zo door Fortuyn gewenste vernieuwing kwam niet tot stand en steeds meer bekroop mij het gevoel dat zijn gedachtegoed werd verkwanseld.

Zoals ik je heb medegedeeld wilde ik afgelopen zondag 13 oktober, na een zeer moeilijk verlopen vergadering van de negen LPF-bewindslieden reeds de eer aan mijzelf houden en aftreden. Ik was alleen bereid aan te blijven als er door twee of drie externe deskundigen met grote politieke ervaring en van onweerlegbare integriteit een evaluatie gemaakt zou worden over het functioneren van de partij, fractie en bewindslieden, onder voorwaarde van handhaving van de status quo. Rust in de gelederen dus. Daarnaast wilde ik ook een advies over hoe we samen de toekomst in zouden kunnen als jonge partij met zoveel verschillende meningen. Een grote meerderheid van de bewindslieden stemde hiermede in.

Het was een laatste poging mijnerzijds partij, fractie en bewindslieden alsnog op een lijn te krijgen, ik voelde mij daartoe verplicht naar de 1,6 miljoen kiezers die op de LPF hebben gestemd. Het heeft helaas niet mogen baten.

Rest mij je mede te delen dat ik met enorm veel plezier heb samengewerkt met jou alsmede de andere kabinetsleden. Aan jou persoonlijk heeft het zeker niet gelegen.

Inmiddels verblijft, met vriendelijke groet,


mr. H.Ph.J.B. Heinsbroek