Orthodoxe moslim in beroep tegen afwijzing
De orthodoxe moslim die geen baan kreeg bij de gemeente Rotterdam omdat hij weigert vrouwen een hand te geven, gaat in hoger beroep. De rechter bepaalde twee weken geleden dat de gemeente de man terecht niet heeft aangenomen. Hij vindt echter dat zijn weigering handen te geven valt onder de godsdienstvrijheid, zei hij vanochtend op Radio 1.
In 2005 solliciteerde de man naar een functie als klantmanager bij de Rotterdamse dienst sociale zaken en werkgelegenheid. Hierbij weigerde hij een vrouw van de personeelsafdeling een hand te geven. Zij gaf later aan dat als de man haar wel de hand had geschud, hij de baan had gekregen.
De Commissie Gelijke Behandeling oordeelde eerder dat de gemeente de moslim niet had mogen weigeren op grond van zijn orthodoxe kleding en zijn weigering vrouwen de hand te schudden.
De Rotterdamse rechtbank heeft er begrip voor dat de gemeente geen klantmanager wil die onderscheid maakt tussen mannen of vrouwen. De gemeente zou er volgens de rechter voor kunnen kiezen om voor te schrijven dat klantmanagers niemand meer de hand schudden. Ook dan is er immers geen onderscheid tussen man en vrouw. Echter, de rechter vindt dat het schudden van de hand in Nederland een gebruikelijke vorm van begroeting is en dat het weigeren van een hand als onbeleefd of kwetsend kan worden ervaren.
Foto bij: Handenweigeraar in beroep tegen afwijzing (foto: DAG)