Hopi krijgen hun masker terug

Een van de tientallen Amerikaanse indianenmaskers die vrijdag in Parijs zijn geveild keert terug naar de oorspronkelijke eigenaren van de Hopi-stam. Het omstreden kavel is aangekocht door een organisatie die het aan de Hopi terug wil geven. De veiling bracht bijna een miljoen euro op.

Ondanks felle protesten van stamleden, medestanders als acteur Robert Redford, en de Amerikaanse regering weigerde de Franse rechter een stokje voor de veiling te steken. Vertegenwoordigers van de Hopi-indianen, die in een reservaat in Arizona wonen, voerden tevergeefs aan dat de ongeveer zeventig maskers gestolen eigendom zijn. De voorwerpen zouden voor de Hopi als medium dienen om contact te leggen met hun voorouders.

De veiling werd verstoord door medestanders van de Hopi die 'schande' en 'gênant' riepen. Een van hen werd door bewakers uit de zaal verwijderd. Veilinghuis Néret-Minet Tessier & Sarrou liet voor aanvang van de veiling weten bedreigingen te hebben ontvangen.

De Hopi zagen ervan af mee te bieden op de maskers, liet stamhoofd Le Roy Shingoitewa weten. Ook wist hij niet van een weldoener die ze voor zijn stam zou willen aankopen. Volgens het veilinghuis is één masker echter op de kop getikt door een koper die het aan de Hopi wil gunnen.

Het veilinghuis had de rechter gewaarschuwd dat het tegenhouden van de verkoop desastreuze gevolgen zou kunnen hebben voor Franse musea, die gedwongen zouden kunnen worden hun collecties af te staan. Volgens Néret-Minet zijn de maskers al niet heilig meer sinds ze in privébezit zijn.

De maskers, surrealistische felgekleurde gezichten vervaardigd van hout, leer, veren en paardenhaar, dateren uit de negentiende en vroege twintigste eeuw. Vermoedelijk werden ze in de jaren dertig en veertig meegenomen uit een reservaat in het noorden van Arizona. Het duurste masker heeft een geschatte waarde van een halve ton.