Onduidelijkheid over doorzoeking woning M.

Het is niet duidelijk of Robert M. en zijn man Richard van O. ondubbelzinnig toestemming hebben gegeven voor de doorzoeking van hun woning. Dat bleek vrijdag op de derde dag van het hoger beroep in de zaak. Het foto- en beeldmateriaal dat bij deze doorzoeking in beslag werd genomen lijkt cruciaal om tot een veroordeling van M. in de Amsterdamse zedenzaak te komen.

Een van de vier betrokken rechercheurs die in januari opnieuw werden gehoord, heeft verklaard dat Van O. instemde met de huiszoeking op voorwaarde dat M. dat ook was. Een tweede getuige zei dat dat best zou kunnen. De twee andere getuigen konden zich enig voorbehoud niet herinneren.

Toen na de al dan niet voorwaardelijke toestemming door Van O. ook toestemming werd gevraagd aan M., werd hem volgens de twee betrokken getuigen in ieder geval gezegd dat Van O. al akkoord was. Daarop ging M. ook akkoord, waarna de woning werd doorzocht.

Mogelijk moet het hof later oordelen of inderdaad slechts voorwaardelijke toestemming is gegeven en of het bewijsmateriaal rechtmatig is verkregen. Als dat niet zo is, is het onzeker of de duizenden foto's en filmpjes die op de computer van M. werden gevonden als bewijs kunnen dienen. Alleen de bekentenis van M. over het misbruik van 87 kinderen is niet genoeg.

M. werd vorig jaar mei veroordeeld tot achttien jaar cel en tbs. Zijn echtgenoot Van O. werd veroordeeld tot zes jaar en verplichte behandeling voor medeplichtigheid.