Agenten voor rechter na dood arrestant
Zes arrestantenverzorgers moeten volgende week voor de rechtbank in Amsterdam verschijnen vanwege het overlijden van een arrestant op het hoofdbureau van de politie in Amsterdam in juni 2003. Justitie besloot eerder af te zien van vervolging, maar het gerechtshof in Amsterdam bepaalde in november 2008 dat het Openbaar Ministerie ze toch moet vervolgen.
De zaak staat op de agenda voor volgende week dinsdag en woensdag. De zes zouden de arrestant tegen de grond hebben gegooid en met een matras hebben verstikt. De 42-jarige man overleed vier dagen later. Hij zat vast op verdenking van overtreding van de Wet wapens en munitie en de Opiumwet.
Justitie wilde de arrestantenverzorgers niet vervolgen, maar daar waren de nabestaanden van de man het niet mee eens. Volgens hen zijn de agenten verantwoordelijk voor de dood van de arrestant door hun manier van optreden. Medische experts en de politie kwamen vervolgens tot tegenovergestelde conclusies over de doodsoorzaak van het slachtoffer.
Een specialist stelde bij het hof dat de man kan zijn overleden door dooddrukken. De deskundige van de politie is het daar niet mee eens. Deze specialist stelde dat de man niet blauw maar juist bleek werd voordat hij overleed. Volgens de eerste expert hoeft een slachtoffer van dooddrukken echter helemaal niet blauw te worden.
Het hof gaf vervolgens aan te willen dat de rechter bepaalt of de arrestantenverzorgers iets te verwijten valt.
