Voorwaardelijke eis uithuwelijks ontvoering
Mevrouw M.Y. was daar zo boos over dat ze samen met T.D een plan opzette om het meisje, via een ontvoering, te dwingen tot een huwelijk. Volgens de Alkmaarse officier van justitie, Zetsma, komt dat in de Turkse cultuur wel vaker voor. De officier eiste gisteren bij de Alkmaarse rechtbank één jaar voorwaardelijke celstraf tegen de moeder.
Volgens hem hebben moeder Y., ex-verloofde T.D. uit Leiderdorp en zijn Haarlemse vriend I.T. (toen 22) zich op 1 maart 2001 samen schuldig gemaakt aan een goed voorbereide ontvoering van de scholiere. D. en T. kregen daarvoor respectievelijk 15 maanden cel en een werkstraf van 240 uur plus 180 dagen cel, waarvan 132 dagen voorarrest.
De eis tot een voorwaardelijke straf tegen moeder Y. komt deels omdat de reclassering en hulpverlening hebben geconstateerd dat Y. niet geschikt is voor een verblijf achter tralies, zelfs een werkstraf is voor haar lichamelijk te zwaar. Elektronisch toezicht (ET) had gekund, ware het niet dat er geen cursussen voor de al 25 jaar in Nederland verblijvende, maar nog nauwelijks Nederlands sprekende, vrouw zijn. En bij justitie geldt: géén dagindeling, dan géén huisarrest.
Officier Zetsma ging niet van harte mee in het advies om de straf voorwaardelijk te houden. Daarom eiste hij wel het maximum van twaalf maanden voorwaardelijk, want M.Y.'s rol was in zijn ogen niet gering geweest. Ze had met D. de zaak gedetailleerd doorgesproken. Ze had de band van haar dochters fiets leeg laten lopen, zodat ze het meisje wel met de auto naar school in Alkmaar moest brengen en D. en T. volgens afspraak gericht konden toeslaan.
De uitspraak is op woensdag 30 januari.
Een medescholier voorkwam indertijd de ontvoering.
