De PSP heeft het nooit makkelijk gehad
De Sony Playstation Portable, ofwel de PSP. Een paar jaar geleden met veel bombarie aangekondigd als dé handheld die Nintendo een poepje zou laten ruiken op de markt van de draagbare spelconsoles en een voorproefje van de arrogantie van Sony die met de PlayStation 3 volledig tot ontplooiing is gekomen. Uiteindelijk is hier niet veel van terecht gekomen en is de PSP toch een beetje het lachertje van de gamesindustrie geworden. De aardige verkoopcijfers vallen in het niet bij die van de Nintendo DS Lite en een van de grootste Amerikaanse gameketens, EB games, biedt momenteel zelfs de mogelijkheid om een PSP in te ruilen voor $100 korting op een DS Lite. Dit alles onder de voor Sony pijnlijke slogan “Trade the past, play the future”. Toch heeft de console van Sony recentelijk en geheel onverwachts mijn respect weer teruggewonnen. En dit om een reden die je niet zou verwachten van de meest krachtige handheld op de markt.
Ik bezit zelf sinds vorig jaar zomer een witte PSP. Ik heb lang getwijfeld, maar het spel dat uiteindelijk de doorslag gaf was LocoRoco. Een fantastisch spel dat de aanschafprijs van de PSP meer dan waard was. Toch, bijna een jaar na mijn aanschaf kan ik concluderen dat de console van Sony geen makkelijk apparaat is om mee te leven. Dit heeft tot gevolg gehad dat ik mijn PSP na het uitspelen van LocoRoco twee keer te koop heb aangeboden in Vraag & Aanbod en deze 8 maanden lang stof heeft verzameld. Wat maakt de PSP dan tot zo’n onpraktisch apparaat?
Allereerst het formaat en de fragiliteit. De PSP is te groot om overal mee naar toe te nemen en het grote scherm is bijzonder krasgevoelig. Ook voelt het apparaat niet aan alsof deze een val van 5 cm zou overleven. Daarnaast heeft Sony een paar hele ongelukkige ontwerpfouten gemaakt. De grootste fout is toch wel dat de ontwerpers de PSP een stroeve schuifknop mee hebben gegeven die als thumbstick moet dienen. Dit is al vaag, maar het is er ook nog eens slechts één. Dit terwijl het gros van de gamers en ontwikkelaars tegenwoordig gewend zijn om gebruik te maken van twee analoge sticks. Geen thumbstick (zoals bij de GBA en de DS) zou een betere keuze zijn geweest dan het rare compromis waar Sony voor heeft gekozen. Een spel met een goede, intuïtieve bediening ontwikkelen voor de PSP is een hele opgave gebleken. Naast de thumbstick zijn er natuurlijk nog rare ontwerpbeslissingen als de geringe levensduur van de batterij, het gebruik van UMD-disks en de nabijheid van knoppen bij het scherm (ik heb mijn vingerafdrukken inmiddels zo vaak gezien dat ik ze uit mijn hoofd kan natekenen). Ook het gebruik van dure losse geheugenkaartjes, die je haast gedwongen bent om te kopen wil je gebruik maken van essentiële functies van de PSP, dragen niet bij tot de pret. Ik kon een licht uitgerekt gevoel in mijn anus niet ontkennen na het kopen van een 1GB memorystick.
Naast ontwerpfouten is het beleid van Sony met betrekking tot de PSP ook “bijzonder” te noemen (op dezelfde manier als mensen met het syndroom van Down bijzonder zijn). Allereerst is er het hele gedoe omtrent de firmware updates en het tegengaan van homebrew. Ik heb me er nooit zo in verdiept (niet nerderig genoeg voor en te weinig geduld), maar de PSP is duidelijk een veelzijdig apparaat. Door middel van emulators is het mogelijk om zo’n beetje elke oude game op wat voor formaat dan ook te spelen. Daarnaast kunnen er tal van eigen (kleine) applicaties als agenda’s en rekenmachines worden gebruikt. Ook kun je, naar het schijnt, games naar je memorystick kopiëren waardoor de laadtijden flink verminderen. Natuurlijk biedt deze functionaliteit ook ruimte voor lieden die zich met minder frisse zaken als illegaal gekopieerde games bezig houden. Ik ben niet zo naïef om te suggereren dat Sony deze functionaliteiten actief moet gaan promoten. Maar je zou op zijn minst verwachten dat ze een oogje zouden dichtknijpen. Apple gaat toch ook niet hun iPod’s dichttimmeren voor alle muziek behalve voor die mp3’s die gedownload zijn via iTunes music store? Maar wat doet Sony? Ze steken al hun energie in het continu bijwerken van firmware waarmee de mogelijkheden van hun eigen apparaat worden beperkt!
De derde grote fout van Sony is dat ze hun handheld de “Playstation Portable” hebben genoemd. Veel game-uitgever hebben dit al te letterlijk genomen en het gevolg is dat PSP wordt bedolven onder middelmatige ports van middelmatige PS2 games. Maar het is dan ook makkelijk geld verdienen. De kwaliteit van de graphics met de helft verminderen, de functionaliteit van de rechter analoge stick vervangen door een automatische camera die al sinds halverwege de jaren ’80 op de plank lag en klaar zijn EA en Ubisoft…eeuuh, ik bedoel de uitgevers. Daar komt bij dat games die op een console goed werken dit niet automatisch op een handheld ook doen. Op een handheld willen mensen een kortere, simpele gamebeleving dan thuis op de bank. Resultaat was dat de DS Lite veelal mooie originele games kreeg, terwijl de PSP dezelfde meuk kreeg als op de PlayStation 2. Waarom zou je dan nog voor een PSP kiezen? Gelukkig wordt het leed gedeeld en worden slechte PSP games binnenkort weer geport naar de Wii. Maar dat is misschien iets voor een volgende column.
Maar goed, genoeg negatief gepraat. Ik ben deze column begonnen door te zeggen dat de PSP recentelijk mijn respect heeft teruggewonnen. En het is juist oude meuk die ervoor gezorgd heeft dat ik mijn PSP weer in mijn hart heb gesloten. Zoals misschien bekend is ben ik met mijn 32 jaar op gamesgebied een oude lul, en dat betekent dat ik veel warme herinneringen aan oude games bij me draag. Die herleven resulteert echter vaak in teleurstelling. Als je oude games opnieuw speelt op Xbox Live Arcade kun je niet anders concluderen dan dat ze er niet meer uitzien. Ook staat de moeite die ik er voor moet doen niet in relatie tot het speelplezier. Je installeren met drank en chips op de bank, het aanzetten van je console, versterker en TV lijken veel werk als je alleen even snel vijf minuten een arcadespel wilt spelen. Maar op een handheld ben je binnen 30 seconden aan het gamen.
En als je van retro-games wilt genieten is de PSP in korte tijd dé must-have handheld geworden, zelfs zonder gekraakte firmware versie 1.05.04.huppeldepup. Allereerst verschijnen er steeds meer compilaties waarop ontwikkelaars voor een schappelijke prijs een hele verzameling oude klassiekers verzamelen. Deze zijn er inmiddels van Capcom, Taico, SNK en Sega. Deze laatste uitgever is pas geleden met een verzameling oude Sega Megadrive games gekomen en SNK heeft alle Metal Slug games op een UMD verzameld! Niet alleen heb je een wagonlading klassieke games onder handbereik, door het kleinere scherm van een handheld zien ze er ook nog eens geweldig mooi uit! Bij oude 2D games draait alles eigenlijk om scherpte, en op een grote HDTV of computermonitor worden de pixels te veel vergroot. En er staat ons in de toekomst nog veel meer te wachten. Square-Enix heeft inmiddels een port van Final Fantasy Tactics aangekondigd en Konami komt met een remake van Castlevania: Dracula X en een port van Symphony of the Night op één UMD. Naast echte oude klassiekers gaan steeds meer ontwikkelaars gelukkig ook terug naar oude beproefde gameconcepten die een lekker oldschool-gevoel oproepen. Men beseft dat alleen de PS2-versie van een spel porten naar de PSP niet genoeg is. Kortom, nieuwe games met oude gameplay. Recente voorbeelden zijn Killzone: Liberation en Pursuit Force.
Het is te hopen dat deze trend doorzet en dat meer uitgevers hun archief leeghalen en remakes en compilaties blijven uitbrengen. Ik heb wel wat eurotjes over voor een mooie remake van Alien Breed of een verzameling oude Amiga-klassiekers. Ook is het te hopen dat Sony zich in de toekomst meer zal richten op de mogelijkheden van het apparaat in plaats van deze te willen beperken en maken ze beloften als de mogelijkheid om PSOne games op de PSP te spelen eindelijk waar. Tot die kijk ik nu in elk geval tegen iets aan wat ik een jaar geleden niet voor mogelijk had gehouden: een PSP backlog.