OM mag camerabeelden uitzenden voor opsporing

Het Openbaar Ministerie (OM) mag opnamen van publieke geweldsincidenten uitzenden op tv om daarmee verdachten op te sporen. De Hoge Raad oordeelde dinsdag dat het OM zich daarmee niet per definitie schuldig maakt aan ontoelaatbare inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van verdachten.

De raad tekende daar wel bij aan dat als het OM voor een lichter opsporingsmiddel had kunnen kiezen, dit gevolgen kan hebben voor de op te leggen straf. Dat wil echter niet zeggen dat een verdachte in zo'n geval automatisch recht heeft op een matiging van de straf.

De raad deed de uitspraak in de zaak van een minderjarige verdachte die in 2013 in Eindhoven samen met anderen meerdere keren tegen het hoofd van een weerloos slachtoffer schopte. Het OM liet bewegend beeld van het incident uitzenden op lokale media om zo de verdachten op te sporen. Dat lukte, waarna - mede door de media-aandacht - veel negatieve publiciteit rond de verdachte ontstond.

Stills
De verdachte stelde onder meer dat hij werd belaagd door media en op straat werd herkend. Ook voelde hij zich zeer bedreigd door reacties via de sociale media. Het hof erkende die 'verzachtende omstandigheden' en oordeelde dat door het uitzenden van de beelden inbreuk was gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van de verdachte. Het OM had de daders ook kunnen achterhalen door zogeheten stills in te zetten, in plaats van de bewegende beelden te tonen.

De bevindingen van het hof leidden eind 2013 tot strafvermindering. Het OM ging daartegen in cassatie, maar ving dinsdag dus bot. Het hof kon en mocht volgens de Hoge Raad een lagere straf opleggen dan het anders zou hebben gedaan.

OM mag camerabeelden uitzenden voor opsporing
OM mag camerabeelden uitzenden voor opsporing (Foto: ANP)