CDA en Zalm wel optimistisch over economie
De Tweede Kamer is verdeeld over de stand van de Nederlandse economie. De regeringspartij CDA is optimistisch. De PvdA en D66 hebben twijfels. Minister van Financiën Gerrit Zalm vindt dat Nederland zich vooral niet in de put moet praten.
Donderdag kwam het bericht dat de Nederlandse economie het slechtst doet binnen de EU. En de dag daarop blijkt uit berekeningen van Bert de Groot en Philip Hans Franses, economen aan de Erasmus Universiteit, dat de Nederlandse economie op een diepe recessie af stevent.
De minister van Financiën deelt de mening van Bert de Groot en Philip Hans Franses niet. "Terugkijken is geschiedenis. Het IMF meldt licht aan het eind van de tunnel. In 2006 laat de economie een gunstiger beeld zien", stelt zijn woordvoerder.
Volgend jaar krijgen burgers een lichte lastenvergoeding: het lesgeld voor 16- en 17-jarigen wordt afgeschaft en het kabinet steunt ouders met kinderen met het vergoeden van kosten in de kinderopvang. Dit zal volgens Gerrit Zalm niet veel uitmaken: de economische teruggang is volgens het ministerie te wijten aan de hoge olieprijzen.
Het CDA is optimistisch. "De beurs trekt al een paar maanden aan, bedrijven maken meer winst en zijn uitgesaneerd, en ook de loonkosten zijn aanzienlijk omlaag gegaan", stelt CDA-Kamerlid Gerda Verburg. Volgens haar zijn de hervormingen achter de rug en zal de economie binnenkort aantrekken. Bert Bakker, D66-Kamerlid, is somberder: "Het gaat verdomde slecht. Bij veel burgers is de knip gewoon leeg. We moeten het financieringstekort wat laten oplopen om de economie aan te jagen."
De PvdA zegt dat het afbouwen van de sociale zekerheid het vertrouwen niet in de hand werkt. "Mensen moeten zelf hun verzekeringen en pensioenen gaan regelen. Het is begrijpelijk", aldus PvdA-Kamerlid Ferd Crone.
Lans Bovenberg, hoogleraar aan de Universiteit van Tilburg, stelt dat de Nederlandse economie steeds meer een 'boom-bust'-economie wordt. Eind jaren negentig gaf het kabinet veel geld uit, vroegen pensioenfondsen weinig premie en werd de consument tot uitgaven gestimuleerd door de huizenmarkt. "Nu staan al deze factoren in de achteruit", stelt Bovenberg. En er is geen echt middel om dit te verhelpen: "Het vertrouwen moet groeien, maar dat is makkelijk gezegd".
Wat volgens hem wel zou kunnen werken, is een leeftijdsafhankelijke pensioenspremie. Jongeren zijn dan goedkoper uit en hebben dan meer geld over voor het kopen van een huis of om gewoon uit te geven.