Houthi's doden demonstranten in Jemen
De sjiitische Houthi-rebellen in Jemen hebben dinsdag het vuur geopend op betogers die eisen dat de rebellen vertrekken uit hun provincie. Zes betogers kwamen om en tientallen raakten gewond.
De Houthi's grepen in september de macht in de hoofdstad Sanaa en namen eerder deze week Taiz in. In Torba, een stad zo'n honderd kilometer van Taiz, gingen dinsdag duizenden mensen de straat op om te voorkomen dat de Houthi's hun stad zouden binnentrekken. "Torba veranderde in een vuurbal", zei een inwoner van de stad. Zes mensen kwamen om, maar de betogers wisten te beletten dat de Houthi's Torba binnentrokken.
Een andere ooggetuige zei dat de Houthi's, die ook worden gesteund door aanhangers van ex-president Ali Abdullah Saleh, met luchtafweergeschut op de demonstranten schoten, 'maar dat het aantal betogers alleen maar toenam'.
De Houthi's komen steeds dichter bij Aden, de zuidelijke stad waar president Abed Rabbo Mansour Hadi naartoe is gevlucht. Hadi werd eerder dit jaar door de Houthi's onder huisarrest geplaatst in Sanaa, maar wist deze maand te ontkomen.
Andere landen in de regio beginnen steeds nerveuzer te worden door de opmars van de Houthi's, van wie wordt vermoed dat ze worden ondersteund door het sjiitische Iran. De Saudische minister van buitenlandse zaken Saud al-Faisal zei maandag dat de Golf Samenwerkingsraad (GCC) - Bahrein, Koeweit, Saudi-Arabië, Oman, Qatar en de Verenigde Arabische Emiraten - 'de noodzakelijke maatregelen zal nemen om de regio te beschermen' als er niet snel een einde komt aan de opstand van de Houthi's. De GCC, die uit overwegend soennitische landen bestaat, omschreef de opstand van de Houthi's eerder dit jaar als een 'terroristische' daad.