Pechtold vaag over 'zomerflirt'

D66-leider Alexander Pechtold wil niet veel kwijt over de gesprekken die hij deze zomer zou hebben gevoerd met de VVD over het uitbreiden van de coalitie met D66. "Ik herken me niet in het beeld", zei Pechtold donderdag in de wandelgangen van de Tweede Kamer.

Pechtold zei dat er gesprekken zijn geweest over de verhouding tussen kabinet en oppositie en de bijdrage die D66 zou kunnen leveren. De gesprekken waren volgens Pechtold inhoudelijk. Bovendien hebben ze tot niets geleid. Daarom wilde Pechtold er verder niets over kwijt. "Als iets lukt, leg ik er verantwoording over af, maar anders niet." Pechtold zei zich niet beschadigd te voelen door de berichten.

De Telegraaf meldde donderdag dat afgelopen zomer is gesproken over uitbreiding van de coalitie met D66 en CDA. Daarmee zou het kabinet het probleem oplossen dat de coalitie geen meerderheid heeft in de Eerste Kamer. De gesprekken zouden echter zijn stukgelopen na een strandwandeling van Pechtold en PvdA-leider Diederik Samsom.

De Tweede Kamer wil dat premier Mark Rutte (VVD) voor 18.00 uur schriftelijk opheldering geeft. Dat gebeurt op initiatief van PVV-leider Geert Wilders. Die wil onder meer weten of Rutte op de hoogte was van de gesprekken, wie het initiatief heeft genomen en wat er precies is besproken.

Rutte zei donderdag tegen RTL dat de coalitie geen initiatief heeft genomen om andere partijen bij de coalitie te halen. Ook zouden D66 geen ministersposten zijn aangeboden. Ook VVD-fractievoorzitter Halbe Zijlstra zei dat er geen initiatieven zijn ondernomen vanuit het kabinet of de coalitiepartijen om de coalitie te verbreden.

De oppositie ziet in de berichten bevestiging dat de coalitie in problemen verkeert. "Het kabinet is in paniek. De coalitiepartijen proberen van alles om steun te krijgen", stelde SP-leider Emile Roemer.

CDA-leider Sybrand van Haersma Buma zei dat hij geen gesprekken heeft gevoerd met coalitiepartijen of het kabinet. "Ik vind het treurig dat het kabinet bezig is met de vraag hoe ze zelf verder moeten, en niet met de vraag hoe het land verder moet."