Vrijspraken en celstraffen om zuurbadmoorden

Vader Huub L. en dochter Rachelle zijn woensdag vrijgesproken in de zaak rond de zogenoemde zuurbadmoorden wegens gebrek aan bewijs. Dat heeft de rechtbank in Maastricht bepaald. Justitie had respectievelijk achttien en acht jaar cel geëist. De overige vier verdachten kregen celstraffen variërend van 26 maanden tot vijftien jaar cel. De zaak draait om de moorden op de Irakezen Mohammed Al Jader in 2011 en Allan Gergiri, die sinds 2009 vermist was. De lichamen van de slachtoffers werden in een ton met zoutzuur gelegd. In de zaak stonden vijf leden van de familie L. terecht en een huisvriend, Ronald van K. Van K. legde een bekentenis af over de moorden.

Moeder Els kreeg voor de moord op Al Jader woensdag vijftien jaar cel. De straf komt overeen met de eis van justitie. Al Jader was de vriend van haar dochter en runde een wietkwekerij in haar huis. Toen de ouders wilden dat de plantage ontruimd zou worden, begon hij hen af te persen. De vrouw heeft bekend de man te hebben doodgeschoten.

Zoon Maurice L. is veroordeeld tot dertien jaar cel voor de moord op Gergiri. Tegen hem was achttien jaar geëist. L. zou door zijn slachtoffer zijn misbruikt. Justitie vond dat ongeloofwaardig. Uit zijn persoonlijke notities zou blijken dat hij 'iemand iets aan wilde doen'. Maurice stak het slachtoffer met een mes en sloeg op hem in met een pikhouweel. De man moet verminderd toerekeningsvatbaar worden geacht, aldus de rechters. L. werd wel vrijgesproken van het oplossen van het lijk in zoutzuur.

Oudste zoon Michel L. en familievriend Van K. zijn volgens de rechtbank verantwoordelijk voor het daadwerkelijk in tonnen zoutzuur oplossen van lichamen van de slachtoffers. Zij werden conform de eis van justitie veroordeeld tot respectievelijk 26 maanden en dertig maanden cel. Van K. verklaarde eerder dat het oplossen zo'n vijf weken duurde. De resten werden vervolgens door het riool gespoeld. Van beide lichamen werden geen tastbare resten meer teruggevonden.