Dna-profiel 1100 vermisten in politiedatabank

In de centrale databank van de Nederlandse politie staan 1100 profielen van vermiste personen en ongeïdentificeerde lichamen. Een woordvoerder van het Korps Landelijke Politie Diensten (KLPD) bevestigt woensdag berichtgeving daarover in het Nederlands Dagblad. De Database Vermiste Personen van het KLPD bestaat in april precies vier jaar.

Rond de vijfhonderd van de dna-profielen in de database zijn van vermiste personen. Als mensen langer dan drie weken vermist zijn, verzamelt de politie dna van de vermiste, bijvoorbeeld uit haren uit een borstel. Als dat niet mogelijk is, wordt een profiel gemaakt op basis van dna-materiaal van naaste familieleden.

De tweede categorie in de databank, de ongeïdentificeerde lichamen of lichaamsdelen, telt ongeveer zeshonderd dna-profielen. Relatief veel onbekende slachtoffers worden in het water gevonden. De woordvoerder wil niet zeggen in hoeveel gevallen het gaat om hele lichamen en hoe vaak het lichaamsdelen zijn.

Als een lichaam of lichaamsdelen worden gevonden, probeert de politie een match te maken met de profielen van de vermiste personen. Dat is de afgelopen jaren zeven keren gelukt. "Daarbij moet je in ogenschouw nemen dat het eerste jaar van de database een opstartfase was. Politiekorpsen in het land moesten ons nog leren vinden", zegt de woordvoerder.

Het KLPD wisselt informatie uit met omringende landen. Slachtoffers die voor de kust in zee worden gevonden kunnen net zo goed uit het buitenland komen. In september werd op Terschelling een schoen met een voet erin gevonden. Na onderzoek bleek dat de Engelse politie eenzelfde schoen had gevonden. Dna-onderzoek van de voet wees uit dat die van een vermiste Engelsman was.