Doden bij onlusten in Kashmir

Bij gevechten in Indiaas Kashmir tussen Indiase regeringstroepen en tienduizenden demonstranten zijn maandag zeven doden gevallen. Meer dan dertig mensen raakten gewond. De demonstranten gingen in tientallen plaatsen de straat op uit protest tegen het uitgaansverbod dat de Indiase regering heeft ingesteld in de regio.

Ten minste twee mensen kwamen om het leven en drie raakten gewond toen de regeringstroepen probeerden demonstranten uiteen te drijven, die een snelweg blokkeerden in Sangam, ten zuiden van Srinagar. Regeringstroepen schoten ook op duizenden demonstranten in de zuidelijke stad Kakpora. Een persoon verloor daarbij het leven en vijf liepen verwondingen op.

Toen het nieuws over de doden nabijgelegen dorpen bereikte, gingen nog meer mensen de straat op. Zij staken een politiebureau in brand en een aantal geparkeerde auto's. Ook werd een politiebasis geplunderd en ging een veiligheidsbunker in vlammen op. Militairen openden daarop het vuur en schoten een demonstrant dood. Ze verwondden zeven anderen. In verschillende andere plaatsen kwamen nog eens drie persoon om het leven.

De afgelopen zeven weken zijn veertig mensen om het leven gekomen bij de onlusten. Omar Abdullah, de premier van de deelstaat Jammu en Kashmir, ging maandag met de Indiase premier Manmohan Singh om de tafel om de situatie te bespreken. "Er moet een einde komen aan de geweldscyclus", aldus Abdullah. "Een schijn van normaliteit moet een voorloper zijn voor elk politiek initiatief."

Abdullah noemde de situatie 'zorgelijk' en zei dat 'sommige antisociale elementen ervan bezeten zijn de problemen, de chaos en het bloedvergieten in de vallei op te hitsen om hun eigen politieke plannen te bevredigen'.

Hij riep zondag de bevolking, de media en de religieuze leiders op zich aan te sluiten bij de regering om een einde te maken aan het geweld. Volgens Abdullah kan de regering dit niet alleen.