Wereldleiders helpen Jemen
De Amerikaanse minister van buitenlandse zaken, Hillary Clinton, en afgevaardigden uit het Midden-Oosten, Rusland en Europa zijn vandaag, aan de vooravond van een conferentie over Afghanistan, op een in alle haast bijeengeroepen conferentie in Londen met elkaar in overleg gegaan over oplossingen voor de haperende economie van Jemen en de strijd tegen Al-Qaida.
De economie van Jemen is verzwakt door dalende olieopbrengsten. Door de zwakke economie kan Jemen geen basisbehoeften leveren en kan er ernstige sociale onrust ontstaan. Bovendien krijgen terroristen hierdoor een vastere voet aan de grond.
De deelnemers aan de conferentie pleiten niet voor nieuwe financiële injecties, maar wel wordt bekeken hoe de bestaande -nog niet gebruikte- fondsen, samen ruim 5 miljard dollar (3,5 miljard euro), kunnen worden aangewend.
Het is de bedoeling dat een nieuwe internationale organisatie wordt opgericht, genaamd 'de Vrienden van Jemen'. Deze organisatie moet het land helpen bij het bepalen van de prioriteiten in de hulpverlening. In de organisatie zullen onder andere de G8-landen zitting nemen, de lidstaten van de Golf Samenwerkingsraad (GCC) en andere naburige landen.
De Verenigde Staten en Groot-Brittannië willen dat Jemen hervormingen doorvoert om er voor te zorgen dat het geld daadwerkelijk wordt besteed aan armoedebestrijding, voedsel, water en onderwijs. Volgens een bron bij het Amerikaanse ministerie van buitenlandse zaken wil minister Clinton ook de Jemenitische regering overhalen om vrede te sluiten met sjiitische opstandelingen (beter bekend als de Hawthis) en zo de focus verleggen naar het bestrijden van de soennitische Al-Qaidastrijders. "Onveilige grenzen en interne politieke conflicten vergroten de mogelijkheden voor terroristen - zowel uit Jemen als uit het buitenland - om zich te organiseren, te trainen en aanslagen te plannen", aldus Clinton.
De Amerikanen vinden dat het leger van president Ali Abdullah Saleh te weinig achter de Al-Qaidastrijders aangaat en maken zich zorgen over de toewijding van de Jemenitische regering. Afgelopen jaar werden verschillende Jemenitische gevangenen vrijgelaten uit Guantanamo Bay. Al snel doken ze weer op als leiders binnen het groeiende Al-Qaidanetwerk.
Jemen heeft aangegeven dat het land zich verzet tegen druk van buitenaf om hervormingen door te voeren of andere binnenlandse problemen op te lossen. Volgens Jemen moet de conferentie van vandaag zich beperken tot terrorismebestrijding en economische hulp. Bovendien wil de Jemenitische regering niet al te nadrukkelijk als bondgenoot van de Amerikanen overkomen. Een groot deel van de Jemenitische bevolking is anti-Israël en daarmee dus ook anti-Amerikaans. Ambtenaren van de Amerikaanse inlichtingendiensten proberen dan ook de rol van de Verenigde Staten bij de hulp aan het Jemenitische leger te bagatelliseren.
Het Amerikaanse leger en de inlichtingendiensten werken samen met Jemenitische troepen in de strijd tegen de opstandelingen en zijn met elkaar in gesprek over een nieuw luchtmachtonderdeel. Het nieuwe onderdeel moet de contraterrorisme-troepen versterken. Informatie van de inlichtingendiensten wordt al uitgewisseld, maar volgens de Jemenitische minister van buitenlandse zaken, Abu Bakr al-Qirbi, heeft het land helikopters en logistieke ondersteuning nodig. Jemen wil echter niet toestaan dat de Amerikanen een permanente basis in het land vestigen. Al-Qirbi zei tegen BBC Radio: "Waarom zouden we buitenlandse troepen nodig hebben om te vechten als we zelf kunnen vechten?"
