Protestacties Libanese oppositie duren voort

Icoon BuitenlandsDuizenden Libanezen zijn dinsdag de straat opgegaan om te protesteren tegen de regering van premier Fouad Siniora. Hezbollah-leider Hassan Nasrallah had het Libanese volk hiertoe opgeroepen.

Tijdens de protesten kwamen het tot botsingen tussen rivaliserende groepen, waardoor 15 gewonden zijn gevallen. In de christelijke stad Halba in het noorden van Libanon raakten aanhangers van de christelijke generaal Michael Aoun slaags met sympathisanten van Siniora. Ook tussen aanhangers van de Hezbollah en medestanders van Siniora braken op verschillende plaatsen in het land gevechten uit.

De oppositie bestaat voornamelijk uit sjiitische moslims, Hezbollah genaamd, die pro-Syrië zijn. Zij krijgen steun van de christelijke Libanezen. Tegenover zich vinden zij de Libaneze regering, bestaande uit soennitische moslims die een pro-Westerse koers aanvaren.

De spanningen tussen de regering en de oppositie zijn niet nieuw. In november zeiden Amerikanen dat de oppositie de regering ten val wilde brengen. Premier Siniora herhaalde een maand later dezelfde aantijgingen. Nasrallah wil via verkiezingen een nieuwe regering van 'nationale eenheid'. Hij stelt dat het volk geen vertrouwen meer heeft in de premier en wil dat hij aftreedt. Om zijn eis kracht bij te stellen, organiseert hij protestacties, die inmiddels maanden voortduren.

De demonstraties van vandaag hadden nog een extra oorzaak. Premier Fouad Siniora wil onder meer privatiseringen doorvoeren en de BTW verhogen, waar de oppositie faliekant op tegen is. Siniora, op zijn beurt, heeft Hezbollah ervan beschuldigd een donorconferentie voor Libanon die donderdag in Frankrijk begint, te willen saboteren. De conferentie in Parijs moet voorkomen dat het in diepe schulden gestoken en vorige zomer door Israëlische aanvallen voor een belangrijk deel verwoeste land economisch instort.