DNB muntenknip neemt te veel geld op

potlood had ons via de newssubmit het volgende te melden:
Winkeliers die hun muntgeld willen verzamelen in een door De Nederlandsche Bank verstrekte muntenknip moeten opletten. De muntenknip die exact 50 guldens zou moeten kunnen bevatten, kan wel 53 guldens opslokken. Ook buisjes voor andere muntsoorten blijken niet op een dubbeltje of rijksdaalder meer of minder te kijken.

Winkeliers mogen vanaf 1 januari 2002 wél guldens aannemen, maar moeten wisselgeld in euro's uitkeren. De geïncasseerde guldens moeten ze inleveren bij de bank. Om de winkeliers tegemoet te komen, ontwikkelde De Nederlandsche Bank de zogenaamde muntenknip. Een doorzichtige, plastic geldtube (een soort piekenpijp dus) met een simpele gebruiksaanwijzing: tot de rand vullen met vijftig munten van de vermelde geldsoort, dichtvouwen en het bedrag is bekend. Wat vooral handig is, je hoeft het geld niet te tellen.
Onoplettende winkeliers kunnen dus meer geld kwijt zijn aan het vullen dan dat zij hiervoor terug krijgen. Stel dat de gehele middenstand van de buisjes gebruik maakt zonder munten te tellen, dan gaat ze voor miljoenen het schip in.

Bert Groothof, woordvoerder van de Nederlandsche Bank bestrijdt niet dat een fout in het systeem is geslopen. Volgens Groothof bleek eerder al uit testen dat een gulden teveel opbergen tot de mogelijkheden behoort. "Munten worden soms anders geslagen. Door het verschil in reliëf is de ene gulden dikker dan de andere. Dit zou niet mogen voorkomen.'