9-11: Drie woorden
Een vliegtuig bleek zich in een van de torens geboord te hebben en al snel stonden veel collega's om me heen. Wat klanten vroegen wat er aan de hand was; wij legden uit wat we nog helemaal niet wisten. Het móest een vreselijk ongeluk zijn, zo beweerden ook de verslaggevers. Een andere tv werd op BBC-World gezet, nog een ander op CNBC en nóg een ander op Nederland 2 of 3. Aan televisies geen gebrek in een elektronicawinkel.
Terwijl de verkopers, inclusief bedrijfsleider, naar de beelden keken zagen we hoe een tweede vliegtuig zich in de tweede toren boorde. Kreten als 'Ow FUCK!', 'Holy Shit!' en 'Mijn God!' stegen op uit de inmiddels groter wordende menigte in de winkel. Op dat moment stonden er al zeker 30 mensen. Het moment dat het tweede vliegtuig zich in de toren boorde was het moment waarop iedereen meteen snapte wat er aan de hand was. Het moment waarop bij iedereen de gruwelijke waarheid doordrong. Dit was geen ongeluk. Dit was een aanslag. Mensen reageren op zo'n moment op verschillende manieren. De een zwijgt en slaat de hand voor de mond, de ander begint als een bezetene bevestiging te zoeken (zag je dat?) of uit te leggen wat er aan de hand is (ja, dat is een aanslag). Weer een ander zoekt zijn of haar heil in het neerleggen van schuld (kutmoslims, dit zat eraan te komen!). Ikzelf zweeg en voelde hoe een enorme koude rilling bezit van me nam en me over het hele lichaam kippenvel bezorgde. Mijn nekharen overeind en een brok in mijn keel die maar moeilijk weg te slikken was.
Sommige klanten besloten zich niet af te vragen waarom er inmiddels een man of tachtig naar een rij televisies stond te gapen en waarom iedereen een trilling in zijn stem had of gewoon ronduit stond te janken. Die besloten zich er vooral boos over te maken dat ze niet geholpen werden. Niet dat dat hielp. Klanten helpen was op dat moment van ondergeschikt belang, zelfs voor de toenmalige bedrijfsleider (best I've ever had) die met tranen in z'n ogen en een blik die het midden hield tussen ongeloof en verbijstering probeerde alles, inclusief de winkel, op een rijtje te zetten.
Uiteindelijk na een klein half uur moesten we weer aan het werk. De sfeer was bedompt en eigenlijk deden we geen van allen meer echt iets nuttigs. We waren letterlijk met stomheid geslagen, om maar een cliché uit de kast te trekken.
Ik weet ook nog waar ik stond toen mijn vrouw de winkel binnen kwam. Ik stond niets te doen bij de printers. Ze lachte en huilde tegelijk en wist me met drie woorden compleet van mijn stuk te brengen en in een emotionele achtbaan te gooien. Drie woorden en toen brak ik. Drie woorden die me compleet van mijn stuk brachten en die me in huilen deed uitbarsten. Alle emoties die ik toch had opgekropt om niet jankend een klant te woord te staan kwamen eruit, gevoedt door de blijdschap die ik voelde bij het horen van die drie woorden. Drie woorden die aan 11 september naast een enorm werelddrama een enorm persoonlijk gelukspuntje toevoegden. Die de ellende van 11 september voor mij persoonlijk, of dat nou als egoïstisch wordt gezien of niet, wisten te verzachten. Drie woorden van iemand die de hele ochtend geen tv had gezien en geen radio had geluisterd en die geen idee had wat er in Amerika op dat moment aan de hand was. Drie woorden van de vrouw waar ik nog steeds zielsveel van hou. Drie woorden:
"Je wordt papa..."