Politieke partijen achteruit in ledental
Politieke partijen hebben vorig jaar per saldo leden verloren. Met name CDA, VVD en D66 zagen hun ledenbestand krimpen. Uitzonderingen op de regel waren de SP, GroenLinks en de SGP. De partij van Jan Marijnissen is inmiddels de VVD voorbijgestreefd, en is in ledental na het CDA en de PvdA de derde partij van Nederland.
De drie regeringspartijen zagen ieder het aantal leden met ongeveer vijf procent afnemen. Voor het CDA, met 73.000 leden nog wel de grootste, betekende dit een afname van bijna 4.000 leden. Ook oppositiepartij PvdA schreef meer personen uit dan dat het kon inschrijven. De partij hield ruim 61.000 leden over, zo'n 800 minder dan een jaar eerder.
Na een korte opleving in 2002 en 2003 lijkt hiermee de daling van het ledental van de grote partijen zich door te zetten. Een belangrijke oorzaak van het ledenverlies van CDA, PvdA en de VVD is de vergrijsde achterban van deze partijen. Eenderde van de leden die het CDA in 2004 uitschreef, heeft wegens ziekte bedankt of is overleden. Van de leden die de PvdA het afgelopen jaar uitschreef, was twintig procent overleden. Bij de VVD is ongeveer een kwart van de leden ouder dan 70 jaar.
In totaal zijn er bijna 304.000 personen lid van één van de acht partijen die een opgave deden, percentueel 2,5 procent van het totale aantal kiesgerechtigden. Deze zogeheten ‘organisatiegraad’ behoort tot de laagste van West-Europa. Overigens besloot de Tweede Kamer onlangs dat het ledental van een politieke partij voortaan meetelt bij het bepalen van de partijsubsidie. Voorheen was enkel het zeteltal daarvoor bepalend.
* De LPF (4.000 leden in januari 2004) deed geen opgave