'Gemeente moet vuurwerkvrije zone kunnen aanwijzen'

Gemeenten moeten vuurwerkvrije gebieden kunnen aanwijzen. Daarvoor pleiten vijftien lokale fracties van GroenLinks woensdag in hun rapport over vuurwerkoverlast.

Eerder stelden de fractie al dat de afsteektijd moet worden ingekort. Dat mag nu op 31 december vanaf 10.00 uur. Het 'ongelimiteerd mogen afsteken van vuurwerk' op een doordeweekse dag gaat volgens de fracties niet samen met mensen die gewoon naar hun werk moeten of boodschappen willen doen.

Ook zou de verkooptijd moeten worden ingekort. Voor de afgelopen jaarwisseling kon dat vanaf 27 december, waardoor veel mensen het hele daaropvolgende weekeinde werden geteisterd door vuurwerk dat illegaal werd afgestoken. Gemeenten zouden meer bevoegdheden moeten krijgen, onder meer bij het bepalen vanaf wanneer vuurwerk mag worden verkocht of afgestoken.

Bij het meldpunt kwamen volgens de fracties bijna tachtigduizend klachten binnen. Eerder was sprake van 82 duizend meldingen, maar daar zaten ook dubbelingen en klachten over het meldpunt zelf bij.

Onder de klagers zijn onder meer mensen met autistische kinderen die door de knallen epileptische aanvallen krijgen, veteranen bij wie de knallen herinneringen aan beschietingen oproepen en mensen die door het vuurwerk niets meer hebben aan hun hulphond of blindegeleidehond. De GroenLinksfractie in de Tweede Kamer stemde eind vorig jaar nog tegen een vuurwerkverbod van de Partij voor de Dieren, de fractie vindt namelijk dat dit lokaal moet worden geregeld.