Nederlander verdacht van misdaden in Vuile Oorlog
De in Nederland geboren Argentijnse rechter Pedro Federico Hooft wordt verdacht van mensenrechtenschendingen tijdens de Vuile Oorlog. Justitie in Argentinië wil de 70-jarige nu dwingen een verklaring af te leggen en eist een reisverbod uit vrees dat hij naar Nederland vlucht.
Meer dan twintig personen willen al jaren dat Hooft terecht staat omdat zij ervan overtuigd zijn dat hij in zijn functie als rechter weet had van illegale detentiecentra tijdens de laatste Argentijnse militaire dictatuur (1976-1983), omdat hij deze zou hebben bezocht. Ook zou hij niets hebben gedaan om de ontvoering en moord op een groep advocaten in juli 1977 te voorkomen, een gebeurtenis die bekend staat als de Nacht van de Stropdassen.
Hooft werd begin deze maand in verband met de aantijgingen geschorst, maar behoudt formeel het ambt van rechter, waardoor hij immuniteit geniet. Hij weigerde vorige week een verklaring af te leggen. "Hij misbruikt zijn positie als rechter als strategie in deze zaak", zegt een van de aanklagers. "Wij houden er ook serieus rekening mee dat hij naar Nederland vlucht", voegt hij daaraan toe.
Justitie wil nu dat de rechtbank Hooft, die in Mar del Plata een paar honderd kilometer ten noorden van Buenos Aires woont, dwingt om alsnog een verklaring af te leggen. Verschillende mensenrechtenorganisaties zien het liefst dat Hooft direct gearresteerd wordt in de zaak, die zij samen met nabestaanden, al sinds 2006 van de grond proberen te krijgen. Hooft wordt in 148 zaken verdacht.
"Mijn vader heeft absoluut niet de intentie om te vluchten en heeft er niet eens de middelen voor. Hij wil juist aantonen dat er niets klopt van de beschuldigingen en werkzaam blijven als rechter. Hij heeft alle hoop dat de waarheid boven tafel komt", zegt zijn zoon die dezelfde naam heeft als zijn vader en in de zaak optreedt als zijn advocaat.
Volgens de zoon van Hooft wordt zijn vader beschuldigd om een persoonlijk geschil en is hij juist altijd geprezen omdat hij tijdens de militaire dictatuur kritisch was. Hooft en zijn familie, afkomstig uit Utrecht, vertrokken in 1948 naar het Zuid-Amerikaanse land waar hij in 1965 tot Argentijn genaturaliseerd werd. Hooft is in Argentinië een vooraanstaand bio-ethicus en kreeg bekendheid omdat hij voorstander is van euthanasie in het voornamelijk katholieke land.
Hooft laat via zijn zoon weten dat hij de Nederlandse nationaliteit niet meer bezit. Advocaat Cesar Sivo, die nabestaanden van slachtoffers bijstaat, zegt echter zeker te weten dat Hooft naast de Argentijnse ook nog de Nederlandse nationaliteit heeft. Justitie vermoedt dit ook, maar kan dit niet met zekerheid zeggen.
Sivo verwacht dat er op korte termijn duidelijkheid komt over de eis van justitie om Hooft een verklaring te laten afleggen en het reisverbod. De raadsman denkt dat er binnen een jaar een proces tegen Hooft kan beginnen.
Het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag laat in een reactie weten niet op de hoogte te zijn van deze zaak. In Argentinië staat momenteel de Argentijns-Nederlandse piloot Julio Poch terecht voor mensenrechtenschendingen tijdens de dictatuur. Tegen Jorge Zorreguieta, de vader van prinses Máxima, loopt een gerechtelijk vooronderzoek naar misdaden tegen de menselijkheid.
