Senaat VS wil BP op hoorzitting Lockerbie

De commissie voor buitenlandse betrekkingen van de Amerikaanse Senaat wil dat het olieconcern BP komt uitleggen welke rol het heeft gespeeld in de beslissing van de Schotse regering om de Libische Lockerbie-dader Abdel Baset al-Megrahi vrij te laten. Dit heeft de Democratische senator John Kerry gezegd.

Kerry zei dat BP wordt uitgenodigd op 29 juli te verschijnen op een hoorzitting, waarbij Al-Megrahi's vrijlating uitvoerig aan de orde komt. Kerry noemde de beslissing om 'de enige die ooit veroordeeld is voor die vreselijke misdaad' vrij te laten, een foute beslissing.

Al-Megrahi is veroordeeld voor zijn rol bij de bomaanslag in december 1988 op Pan Am-vlucht 103, waarbij 270 mensen de dood vonden, veelal Amerikanen. De Libiër werd vorig jaar augustus op een vliegtuig naar Tripoli gezet. De Schotse regering zei om humanitaire redenen -de Libiër zou aan kanker lijden en hooguit nog maar een jaar te leven hebben- tot vrijlating te hebben besloten. Al-Megrahi leeft nog steeds; de diagnose is intussen bijgesteld.

In de Britse pers werd vorig jaar al gesuggereerd dat BP de regering in Edinburgh onder druk had gezet om Al-Megrahi vrij te laten. BP had belang bij goede betrekkingen met het regime in Tripoli vanwege olieboringen voor de kust van Libië. BP gaf toe dat het de Britse regering dringend had verzocht om een overeenkomst met Libië te sluiten om gevangen uit te ruilen, maar benadrukte dat het niet specifiek over Al-Megrahi ging.

Kenny MacAskill, de toenmalige Schotse minister van justitie en degene die Al-Megrahi vrijliet, zei vrijdag dat hij destijds geen contact had met BP over de vrijlating van de Libiër. "We hadden geen contact met de oliemaatschappij en we hadden geen steun of assistentie van de Britse regering", aldus MacAskill.

In mei 2007 tekende BP het oliecontract in Libië en de toenmalig Britse premier Tony Blair bezegelde de overeenkomst als teken van verbeterde relaties tussen beide landen. "Een aantal jaar geleden hadden Groot-Brittannië en Libië nooit een dergelijke relatie kunnen hebben", zei Blair tijdens een ontmoeting met de Libische leider Moammar Gadhafi. "Dit komt ten goede aan Libië, Groot-Brittannië en de rest van de regio."

In dezelfde maand ondertekenden Groot-Brittannië en Libië een informele diplomatieke nota waarin stond dat er over overeenkomsten onderhandeld zou worden op het gebied van uitlevering, juridische bijstand, burgerlijke en commerciële wetgeving en de uitwisseling van gevangenen (de zogeheten PTA; prisoner transfer agreement). De PTA werd vorig jaar goedgekeurd door het Britse parlement.

Volgens Britse regeringsmedewerkers was de PTA onderdeel van een belangrijke diplomatieke poging om Libië uit de hoek van steun voor terroristische groeperingen te trekken en het nucleaire programma van het Noord-Afrikaanse land te ontmantelen. Ook benadrukten ze dat de PTA niet specifiek met Al-Megrahi te maken had.

In juli 2007 moest de toenmalig Britse minister van justitie, Jack Straw, bepalen hoe Al-Megrahi achter de tralies kon worden gehouden. Op het moment dat BP zich er in mengde, schreef Straw aan zijn Schotse ambtgenoot MacAskill dat hij Al-Megrahi niet kon uitsluiten. "Libië is een van de twee landen die vrijwillig en open hun nucleaire programma hebben ontmanteld", schreef Straw in februari 2008 in een brief aan de Schotse premier Alex Salmond. "In het verleden steunden ze terroristische aanslagen, maar nu zijn ze een belangrijke partner geworden in de strijd tegen terrorisme. Ik denk niet dat het nodig of verstandig is om de gunstige relatie met Libië te beschadigen door een specifieke uitsluiting in de PTA in te voegen."

Britse regeringsmedewerkers hebben sindsdien benadrukt dat de Schotse regering uiteindelijk verantwoordelijk was voor de vrijlating van de Libiër. MacAskill besloot ten slotte om Al-Megrahi niet op grond van de PTA vrij te laten maar uit humanitaire overwegingen. Volgens een bron bij de Schotse regering die anoniem wil blijven, had Schotland niets te maken met de overeenkomsten tussen Groot-Brittannië en Libië. "De nota die tot de PTA leidde, is overeengekomen zonder onze kennis en tegen onze wens", aldus de bron.

Verschillende Amerikaanse senatoren proberen nu om de zaak Lockerbie aan het olielek in de Golf van Mexico te koppelen. Bewijs laat volgens hen zien dat het bedrijf winst boven mensenlevens plaatst. "De vraag die we nu moeten beantwoorden is of dit bedrijf bereid was om gerechtigheid voor de moord op 270 mensen te ruilen tegen oliewinsten." De antwoord op die vraag 'helpt ons om te begrijpen of BP bloedgeld zou gebruiken om schadeclaims te betalen in de zaak van de Golf van Mexico'.

De Britse ambassadeur in de VS heeft gezegd 'dat het duidelijk is dat de huidige Britse regering de vrijlating van Al-Megrahi als vergissing beschouwt', maar dat 'we de onafhankelijkheid van het proces moeten respecteren'.

Senaat VS wil BP op hoorzitting Lockerbie
Senaat VS wil BP op hoorzitting Lockerbie (Foto: Novum)