Werkstraf jongeren na zware mishandeling

De kinderrechter in Alkmaar heeft vrijdag drie jongeren veroordeeld wegens hun aandeel bij het toetakelen van een leeftijdsgenoot bij het jongerencentrum Base in Warmenhuizen in de nacht van 5 op 6 mei 2000.

De ruzie was in het jongerencentrum begonnen in de vorm van een woordenwisseling. Buiten werd het slachtoffer door een groepje opgewacht. De jongen kreeg een klap en sloeg op de vlucht. Hij werd echter achterhaald, tegen de grond gewerkt en vele malen geslagen en geschopt. Hij hield onder meer een verschoven ruggenwervel, een kaakfractuur, een afgebroken tand en een hersenschudding aan de gewelddadigheden over. ,,Het is een feit van algemene bekendheid dat één flinke trap iemand al fataal kan zijn'', merkte de rechter bij het uitspreken van het vonnis op.

Hoofddader

M. B. (17) uit Warmenhuizen wordt gezien als de hoofddader. Hij kreeg gisteren wegens het medeplegen van poging tot doodslag tweehonderd uur onbetaalde arbeid en acht maanden voorwaardelijke jeugddetentie opgelegd.
E. M. (15) speelde een initiërende rol bij de ruzie: in het jongerencentrum had hij het latere slachtoffer gesard en uitgedaagd. Daarna had hij hem buiten met een groep staan opwachten om de jongen te schoppen en te slaan. Medeplegen van mishandeling en een winkeldiefstal komen M. op honderd uur dienstverlening en drie maanden voorwaardelijke jeugddetentie te staan.
De Schagense M. E. (16) had een klap uitgedeeld. Toen de jongen al zwaargewond op de grond lag, had ze hem ook nog eens een trap gegeven. E. werd door een psycholoog vanwege haar gemakkelijke beïnvloedbaarheid als verminderd toerekeningsvatbaar beschouwd. De rechtbank acht in haar geval een leerstraf in de vorm van een cursus omgaan met agressie en drie maanden voorwaardelijke jeugdetentie een passende straf.