Vuurwerkverdachte bekent in cel
André de V. (33) uit Enschede, die wordt verdacht van brandstichting bij SE Fireworks, zou zijn daad in het Almelose Huis van Bewaring hebben opgebiecht tegenover drie medegedetineerden. De drie zijn inmiddels door de politie verhoord. De Enschedese politie ziet de bekentenis als hard bewijs. Dat melden bronnen rond het onderzoek.
Het brandje dat De V. bij het vuurwerkbedrijf zou hebben aangestoken, leidde op 13 mei 2000 tot de vuurwerkramp van Enschede. Daarbij vonden 22 mensen de dood, raakten 994 anderen gewond en werd de woonwijk Roombeek-West grotendeels van de aardbodem gevaagd. Justitie was al langer overtuigd van de schuld van De V., omdat hij geen kloppend alibi bleek te hebben. De politie leek met het onderzoek vast te zitten, totdat de 42-jarige gedetineerde N. zich deze week meldde. Hij verklaarde dat De V. hem in het Almelose huis van bewaring op twee manieren duidelijk had gemaakt de brand te hebben aangestoken. Mondeling, in de doucheruimte ('Ik heb die brand aangestoken'), en via een briefje, dat door De V. in zijn cel was geschoven.
N., die wegens een inbraak vastzit, liep vijf dagen rond met de vraag of hij de politie moest tippen. Hij wist dat hij een erecode zou breken, maar kon het verhaal om emotionele redenen niet nog langer voor zich houden.
