Te vet

Beep, beep, beep, beep. De wekker naast haar hoofd ging met een hels geluid af. Ze sloeg hem op snooze en draaide zich met een kreun nog een keer om. Ze wilde nog niet uit bed, het was veel te vroeg. Ze wilde doorslapen, ze was moe. Ze was eigenlijk altijd moe de laatste weken. Sporten ging niet echt meer en zelfs van traplopen zag ze sterretjes. De balletlerares keek met steeds meer zorgen naar haar, als die dacht dat ze het niet zag. Iedereen wilde zich met haar bemoeien, ze lieten haar nooit met rust.

Beep, beep, beep, beep ging de wekker voor de vierde keer af. Ze moest nu echt uit bed komen, wilde ze niet te laat op school zijn. Met een vermoeide zucht zette ze haar wekker uit, sloeg het dekbed open en slingerde haar benen over de rand van het bed. Iets te snel; haar hoofd begon te tollen. ‘Rustig aan, rustig aan’ zei ze tegen zichzelf. Voorzichtig stond ze op, haar knieën knikkend, griste een handdoek van haar stoel en terwijl ze zich vasthield aan tafels, kasten en deuren strompelde ze naar de badkamer.

Onder de extreem hete straal van de douche werd ze pas een beetje wakker. Ze zette de douche altijd heel heet want ze had het altijd koud. Ze genoot altijd zo van de gloeiende straal die langs haar rug liep, onder de douche hoefde ze nergens aan te denken, er was niemand die haar bekeek. Misprijzend kneep ze in haar dijen en zuchtte diep. Ze moest maar eens opschieten, straks kwam ze te laat.

Terug in haar kamer trok ze haar kast open. Wat een vreselijke kleren. Zo kon ze zich toch niet vertonen op school? Ze wist dat mensen fluisterden achter haar rug, ze had het gezien en ze had het gehoord. Iedereen wees haar na. Ze vonden haar vast veel te dik, en gelijk hadden ze. Ze was een walgelijke berg vet. Lusteloos en ontevreden rukte ze een donkere spijkerbroek uit de kast en een lange trui. Daarin zag je haar pens in ieder geval niet zo goed.  ‘Mam? Waar is mijn roze bh?’ riep ze de trap af. Geen antwoord. Mooi, dan zat er in ieder geval niemand haar op de vingers te kijken bij het ontbijt.

Na ook nog een plens water in haar gezicht gegooid te hebben, keek ze in de spiegel. Ze haatte spiegels. Ze lieten haar zien zoals ze was: een dik, lelijk meisje. Ze kneep in haar onderkin en haar vette wangen. Er moest echt nog een paar kilo af, want wie zou van zo’n lelijk kind kunnen houden? Niemand toch? Ze bracht een beetje mascara aan op haar wimpers en een snufje blusher op strategische plaatsen, waardoor haar gezicht dunner leek. Driftig kamde ze haar lange blonde haar en draaide er een elastiekje om. Zo. Nu het volgende onderdeel van haar ochtendritueel, het onderdeel waar ze altijd tegenop keek. Ontbijt.

Ze liep naar beneden en gluurde de keuken in. Ze had gelijk gehad; niemand thuis. Dat was goed, dan hoefde ze nu in ieder geval niet te doen alsof ze iets at en hoefde ze na het ontbijt niet naar de wc te rennen om al die vreselijke calorieën weer naar buiten te laten stromen voor ze zich zouden omzetten in vetrollen. Ze deed haar jas dicht, slingerde haar tas over haar schouder en greep in het voorbijgaan het lunchpakketje van de eettafel, dat haar moeder goedbedoeld had gesmeerd die morgen. Drie meter verder belandde het in de afvalbak. Ze deed de voordeur open, knipperde tegen het felle licht, en trok hem achter zich dicht.

De avond ervoor had ze zich voor het laatst gewogen. 36 kilo.