Keroppi gaat raftenToen de spierpijn van het paardrijden voelbaar begon te worden brak de dag aan waarop ik een nieuwe ervaring in mijn leven zou gaan opdoen.
Door de reisorganisatie werd namelijk de gelegenheid geboden om te gaan raften in de Pyreneeën.
Na door de zon uit mijn tent gebrand te zijn, sleurde ik mezelf naar het douchehok van de camping om daar met water en make-up de illusie te gaan wekken dat ik wakker was. Net op het moment dat ik mascara op mijn wimpers wilde smeren bedacht ik me dat dat toch niet zo'n goed idee was, de aanduiding 'waterproof' is namelijk niet gebaseerd op kopje-onder gaan in een rivier. En als iets pijn doet is het wanneer die uitgelopen troep in je ogen belandt.
Na een ontbijt vol bouw- en brandstoffen liepen we (ik met mijn even wakkere vriendinnen) richting de ingang van de camping. Daar zou het busje ons en de rest van de rafters ophalen om richting de Pyreneeën te vervoeren. Maar een busje zou geen busje zijn als hij niet te laat zou komen.
Toen we een half uur in de brandende zon tevergeefs stonden te wachten begon de jongen van de reisleiding wat paniekerig te bellen om ons uiteindelijk te verzekeren dat het allemaal goed zou komen.
En natuurlijk kwam het uiteindelijk goed. 3 Kwartier later dan de afspraak was reed een busje (type: het ziet eruit als een grote schoolbus, maar dan maar half zo groot) het terrein op. "Die zal vast geen airco hebben" verzuchte een vriendin naast me. Een blik op de onderhoudsstaat van het busje deed me hetzelfde vermoeden. En een glimlach kon ik ook niet onderdrukken toen een reisgenoot droog opmerkte: "Wauw! Er zit zelfs een sauna bij de prijs van het raften inbegrepen."
Maar de buschauffeur had zo zijn eigen tactieken om het gemis aan 'climat-control' te compenseren. De deur werd tijdens de gehele rit wagenwijd open gezet en door extra hard te rijden kwam er nog meer frisse lucht ons tegemoet waaien.
Toen we na een tijdje het gebergte naderden en de chauffeur weigerde zijn rijstijl aan te passen aan de kronkelige weggetjes bedacht ik dat dit vast die bussen waren die elk jaar wel in een ravijn terechtkwamen.
"Als ik dan straks toch in een ravijn beland, dan is het maar beter als ik er niks van merk" zei ik tegen mezelf en legde mijn hoofd tegen het raam in een poging wat slaap in te halen. Al na 5 minuten had ik door waarom niemand in de bus deze houding langer dan enkele minuten volhield. Niet alleen is het niet de meest comfortabele houding voor je nek, maar het glas trilde ook mee in het tempo van de motor. Je hoofd werd dus constant tegen het glas 'gesmashed'. Niet slaap, maar wel hoofdpijn bevorderend.
De poging tot slapen definitief opgegeven hebbend, staarde ik uit het raam. Een brandende zon was dat wat me het meeste opviel. Iedereen weet dat brandende zon + water geen geweldige combinatie is als rood niet je kleur is, dus begon ik me fanatiek in te smeren als zijnde tijdverdrijf. Vele volgden mijn voorbeeld.
Net toen iedereen klaar was en zat te glimmen van het vet draaide de bus het terrein op. Na een welkomstpraatje door iemand van het bedrijf daar (in voor een fransman uitstekend engels) werden we geleid naar een plek waar een hele hoop wetsuits, zwemvesten, helmen en pedels lagen.
In 1 oogopslag werd door een instructeur je lichaamslengte en gewicht geschat om een bijpassend wetsuit en zwemvest aangereikt te krijgen. Helaas had hij hier nog wat op mogen oefenen, want tijdens het aantrekken hoorde ik rondom me vooral kreten als "M'n wetsuit is veel te groot!" "Nou mijn zwemvest gaat er straks nog met me vandoor hoor, veel te wijd". Maar uiteindelijk schikte iedereen zich wel in zijn lot. Alleen 1 van mijn vriendinnen bleef een beetje doormekkeren over het feit dat het niet allemaal naadloos op haar lichaam aansloot, en verzuchtte keer op keer dat ze liever haar eigen wetsuit aan had gehad.
"Hee, je mag wel doen alsof je het leuk vindt hoor!" merkte ik tegen haar op toen ik merkte dat mijn irritatiegrens bijna bereikt was. En met effect
In een busje werden we naar een afvaarplek gebracht. Een instructeur begon een beetje met ons te grappen, tot groot ergernis van de jongens op de achterbank ("You are a popi-jopi he!"). Toen hij zijn grapjas had uitgedaan en begon te vertellen dat we nu teams moesten vormen met het liefst evenveel meisjes als jongens, dook een probleem op. De verhouding jongens/meisjes was 1:4, wat neerkwam op 1 jongen per boot. "Ach, dan roeien we maar wat harder" zeiden we tegen elkaar en keken meewarig naar de jongen die in onze boot werd gezet. Zou het arme schaap bestand zijn tegen 4 vrolijke meisjes en een prettig gestoorde instructeur?
Na een perfecte uitleg in het Engels werd de boot in het water geduwd en sprongen wij aan boord. Na 3 minuten keken we echter alle 5 verbaasd op. Riep de instructeur nou net "rechts vooruit" met een zware Franse tongval? Of hadden we het verkeerd verstaan.
Niet lang daarna bleek toch dat meneer de instructeur zich een aantal Nederlandse commando's had meester gemaakt.
Het raften was een geweldige belevenis, zo flikkerde halverwege een vriendin bij een rare manoeuvre de boot uit. De instructeur maakte haar, teleurgesteld over het feit dat zij de enige was die niet was blijven zitten, weer blij door ons moedwillig allemaal de boot uit te laten kieperen.
Eerst legde hij uit dat "Transfer right" (dit kon hij niet in het Nederlands ) betekende dat we allemaal aan de rechter zijde van de boot moesten gaan zitten. Goedgelovig als we waren, volgende we dit bevel dan ook op toen hij de boot dwars op de stroom had gestuurd. En nog geen 5 seconden later lagen we allemaal in het water te spartelen.
Gierend van het lachen, dat wel.
1 voor 1 werden we op de omgekeerd in het water liggende boot gehesen en peddelden we vanaf daar naar een rustig plekje. Daar werd de boot weer in de juiste positie gebracht en de tocht vervolgt.
Veel te vroeg (hoewel mijn armspieren daar anders over dachten) was de tocht afgelopen en zompend liepen we naar het bord toe om de foto's die onderweg gemaakt waren te bekijken.
Vervolgens stroopte we onze wetsuits weer uit, droogden ons af en klommen weer in het busje. En wederom overleefden we de tocht.